Een niet weg te denken monumentje op de Ring: de hoefstal, ofwel het Stravalje.
vooral de jonge mensen trekken weg, meest
al in verband met hun werk. Daar staat
tegenover dat er ook mensen van buiten
hier naar toe komen om landelijk te kunnen
wonen en die er dan niet tegenop zien
om als forens wat te moeten reizen om
heen en weer naar hun werk te komen.
Dat heeft wel enige invloed op de homo
geniteit in het dorp, maar over het alge
meen moet gezegd worden, dat de gemeen
schapszin, vooral onder de autochtonen,
groot is en men voelt zich sterk bij elkander
betrokken. Ze zijn op een gezonde manier
chauvinistisch. Er is sprake van een bloei
end verenigingsleven: sport- en gymnastiek
clubs, muziekverenigingen (onze Harmonie
„Crescendo" bestaat op 1 april 80 jaar),
een kerkkoor, een bejaardensoos, een vrou
wenvereniging, een leesgezelschap, diverse
biljartverenigingen en natuurlijk een Oranje
vereniging.
Er zijn weinig dorpelingen die niet op
één of andere manier met het verenigings
leven te maken hebben. En als er 's een
dorpsfeest is, krijg je iedereen op de been."
Eksterogen.
Onze oudste inwoonster is mevrouw An
toinette P. de Waaij-Blom, die inmiddels 94
is en als één der zeer weinigen van het
eiland zich nog in Schouwse dracht ver
toont. Bij mannen zie je dat al helemaal
niet meer en de vrouwen die nog Schouws
gaan, zijn allemaal wel rond de negentig.
Dreischor heeft ooit eens de oudste in-
Stukje van het indrukwekkende kerkinterieur met o.a. op de achtergrond het praalgraf
van de gebroeders Mr. Jan en Cornelis Ockerse, met de medaillons van de ambachtsheren.
Boven het gedenkteken achttiende eeuwse beschildering op het houten plafond.
9