Op de grens van de Vrouwenpolder en de Beekshoekpolder.
Vermoedelijk ontstond er in 1375 opnieuw
stormschade aan de Noorddijk. Op 24 mei
1376 werd aan de noordzijde van Walcheren
in tegenwoordigheid van de baljuw, de aan
leg van een nieuwe dijk aanbesteed.
Naar alle waarschijnlijkheid zijn nader
hand de Beekshoekpolder, de Gerstepolder
en het Noordetnieuwland toch geïnundeerd,
maar werden ze in de jaren 1530 en 1552
weer herdijkt.
In 1392 ging een gedeelte van de Zan-
dijkse polder verloren en in 1494 verloor
de polder nogmaals 78 ha land als gevolg
van een grote dijkval ten noorden van
Veere. Een deel van het verloren gegane
land werd in 1580 herdijkt, waardoor de
Oosternieuwlandpolder ontstond.
Vermoedelijk vóór het jaar 1524 werd
nog een dwergpoldertje bedijkt, dat achter
eenvolgens St. Annapolder, Jerollepolder,
Barradotspolder en Molenpolder werd ge
noemd. Het is slechts 2 ha groot. De laat
ste naam is vermoedelijk ontleend aan een
molen, die men er in 1837 in bouwde, maar
die in 1930 weer werd afgebroken.
Met de aanleg van de Molenpolder ein
digde de laatste bedijking aan Walcherens
noordkust. In 1570 zijn tijdens de Allerhei
ligenvloed ook bij Vrouwenpolder op ver
schillende plaatsen dijken doorgebroken. De
aangebrachte schade schijnt kort daarna
weer te zijn hersteld.
Het hierbij afgedrukte fragment van de
kaart van Walcheren is afkomstig van de
gebroeders Hattinga, die er in 1750 het
veldwerk voor hebben verricht. Het huis
Duinhove was toen blijkbaar nog aanwezig.
Van daaraf had de natuur het Breezand
gevormd, waarop inmiddels al een brede
duinstrook was ontstaan. De voor de Beeks
hoekpolder, de Gerstepolder en de Noorder-
nieuwlandpolder gelegen duinregel was toen,
vergeleken met de tegenwoordige toestand,
nog vrij smal.
De stichting van het dorp Vrouwenpolder.
Naarmate de ontginning van het nieuw
gewonnen land in het noorden van Walche
ren vorderde, vestigde zich daar een toe
nemend aantal pioniers. Een deel van hen
woonde op grote afstand van de kerken in
Serooskerke en Zandijk en het gemis aan
een eigen kerk deed zich zodoende in steeds
sterkere mate gevoelen. Te langen leste
wendden de bewoners van de nieuwe pol
ders zich tot paus Clemens III, die hen
daarop toestond een nieuwe kerk te stich
ten. Aanvankelijk kon men het over de
juiste plaats ervan niet eens worden. Iedere
polderbewoner wilde hem nl. zo dicht mo
gelijk bij zijn eigen plaats van vestiging
gesticht zien. Tenslotte hakte Wolfert II
van Borsele in 1314 de knoop door en wees
de plaats aan die naar zijn overtuiging het
meest gunstig was gelegen voor de bouw
van de kerk.
De daarna gebouwde kapel werd na de
stichting van de parochie Vrouwenpolder,
in 1324 tot parochiekerk verheven. Een en
ander vond plaats met goedvinden van de
abt van Middelburg, die tevens patroon
was van de kerken van Oostkapelle en Se
rooskerke. De nieuwe parochie Vrouwen
polder was nl. gevormd nadat gedeelten
van de parochies Oostkapelle en Serooskerke
voor dat doel waren afgestaan. In 1346
werd de parochie Vrouwenpolder bovendien
nog uitgebreid met een deel van de parochie
Zandijk. Nadat Wolfert III van Borsele de
nieuwe kerk in de polder had toegewijd
aan de Heilige Maagd Maria, kreeg de
daarbij ontstane nederzetting de naam
Vrouwenpolder.
Toen Karei V bij akte van 21 oktober
1555 Veere tot markiezaat verhief, behoor
den daarbij tevens Zandenburg en Vrouwen-
KAART v,
ÏOSCDS*
V j>.
va»
5 i» - rt
v*ywtm
De kaart van Hattinga.
De kerk van Vrouwenpolder, anno 1869. Naar een aquarel van A. H. Bakhuijzen.
13