OD stapel zette. Toen het schip afgebouwd
was, werd het verkocht aan de gemeente
Vlissingen onder beding, dat het scheeps
model eigendom van de gemeente moest
blijven.
Na de oorlog werd de heer De Munck
eens op het stadhuis ontboden waar hem
werd gevraagd of hij de gemeente nog
hield aan de indertijd gestelde voorwaarde
bij de verkoop van het model, dat de hoog
aars eigendom van de gemeente moest
blijven. Het gemeentebestuur had namelijk
het plan om het model aan de Koningin
aan te bieden bij haar bezoek aan de
Scheldestad. Toestemming werd gegeven op
voorwaarde, dat de jongste dochter uit het
gezin De Munck het scheepje zou mogen
aanbieden. En zo is het gebeurd. De heer
De Munck herinnert zich nog, dat Prins
Bernhard bijzonder veel belangstelling voor
de hoogaars aan de dag legde. Het geschenk
viel blijkbaar in goede aarde.
Er moest na de oorlog had gewerkt
worden om eerst één, later enkele zaken
in Vlissingen van de grond te krijgen. Tijd
om scheepsmodellen te bouwen was er niet.
Die tijd kwam weer in 1968, toen de heer
De Munck zich had teruggetrokken in
Veere, met welke plaats en de bewoners
ervan hij nog steeds een innige band had.
Enkele jaren later, in 1971, bouwde hij
een schuur in de tuin welke als werk
plaatsje dient.
Eén van de zonen uit het gezin De
Munck heeft zijn vader toen min of meer
uitgedaagd een scheepsmodel te bouwen.
Zijn vader had dan wel verteld over de
mooie scheepsmodellen die hij vroeger had
gebouwd, maar hij had er nog nooit één
van gezien. Dat was tegen het zere been;
het was de aanleiding om weer modellen
te gaan bouwen. Het is bijna vanzelf
sprekend dat het nieuwe model een hoog
aars werd. Toen het scheepsmodel helemaal
afgebouwd was, werd het als trekpleister
in de etalage van de Veerse kapperszaak
geplaatst.
Met pretoogjes vertelt Frans de Munck,
dat het model er maar twee dagen heeft
gestaan. Eén dag nadat de hoogaars te
pronk was gezet, stond er al een toerist
voor de deur van huize De Munck met
de vraag of het scheepsmodel bij de kapper
te koop was. Omdat tijdens een gesprek
bleek, dat de potentiële koper een liefhebber
van schepen was en een sympathieke indruk
maakte, mocht hij het schip meenemen.
Mevrouw De Munck vertelt, dat het zo
Gezicht op de beun
dek. 2. dwarsplank, 3. gistplank4. schot beun. 5. stuurbak, 6. lijst7. luik, 8. waterlijst. 9. klamp voor
loopplank. 10. schootoog. 11. dubbel spant voor zeil balk. 12. waterklos. 3. potdeksel, 14. bolder13. luier-
balk16. ijzeren strip op luierbalk met nagel, 17. knie, 18. dubbeling boeisel, 19. klamp voor schortljn, 20.
klampje voor helmstok, 21. roer, 22. helmstok, 23. veren, 24. roerkop, 25. stang met splitpen26. wrijfplaatje,
27. beslag28. oog voor schort lijn, 29. schuine zijde van het roer, 30. druipgroef in v-vorm
Uit: „De hoogaars" van J. van Beylen.
bewonderaars was de Engelse marine-offi
cier Meckerson, die Frans vroeg voor hem
een driemast bark te bouwen. Hoewel de
bouwer van de model-bark ook ditmaal
weer genereus werd beloond, stond het mo
del naar zeggen van de heer De Munck
zelf kwalitatief niet op het niveau van
de eerder gebouwde kotter. Frans de Munck
kreeg de goed bedoelde raad zich te spe
cialiseren in de bouw van model-vissers
schepen, een raad die hij ter harte heeft
genomen. Tot het uitbreken van de oorlog
heeft hij er 28 gebouwd.
Éénmaal is hij nog eens van dat beginsel
afgeweken. Er werd een Deens brikje op
stapel gezet en zoals een foto van het
voltooide model laat zien als mooi gaaf
scheepje afgebouwd. Met het aantal ge
bouwde schepen werd de bouwer ervan meer
en meer bekend in kringen van liefhebbers
van modelschepen. Willem Ruys, de bekende
reder (Rotterdamse Lloyd) wilde wel een
Thoolse hoogaars hebben. Hoewel de heer
De Munck niet op bestelling bouwde, kreeg
Willem Ruys zijn hoogaars, „omdat hij zo'n
aardige vrouw had." Eén charmante glim
lach van een vrouw kon kennelijk meer
verrichten dan een bekende naam en een
goed gevulde portefeuille. Maar geldt in
kringen van varensmensen niet het gezegde
„Eén vrouwenhaar trekt meer dan een mars
zeil?"
Er wordt trouwens nog niet op bestelling
gebouwd, alle financieel aantrekkelijke aan
biedingen ten spijt. De heer De Munck
moet er eerst van overtuigd zijn. dat het
door hem gebouwde scheepsmodel gewaar
deerd wordt voordat het schip aan de
nieuwe eigenaar wordt meegegeven. De be
kendheid van de modelbouwer was inmid
dels tot de kunsthandel doorgedrongen, die
wel wat zag in de model-hoogaarzen uit
Veere. In de vooroorlogse catalogus van
kunsthandel Van Eijck in Rotterdam stond
al één van de heer De Munck's scheeps
modellen afgebeeld.
Het uitbreken van de oorlog deed de ani
mo voor het bouwen van scheepjes snel
verdwijnen. Er waren belangrijker dingen
te doen. De afkeer van bezetting en bezetter
deed Frans de Munck in het verzet be
landen na eerst enige tijd ondergedoken
te zijn geweest in Den Haag. Willem Poppe,
bekend Zeeuws verzetsstrijder haalde Frans
naar Vlissingen waar hij, wederom onder
gedoken, als tijdverdrijf weer een hoogaars
13