P
a
Verzamelen
van meningen.
Oktober 1981 -
december I98L
Samenstelling
en publiceren
tussenrapport.
Januari 19Ö2 -
september 1982.
Brede Maat
schappelijke
Discussie.
September 1982 -
september 1983.
Definitief
rapport.
November 1983.
tT
O
~a
x>
o
c
W
o
'3 G
OU
yw
rlo
O
cj u->
D.CN
«of
o
O.
O)
De stuurgroep van De Brauw deed een beroep op de ondeskundigen om te komen
meepraten.
weet slechts 48 procent van de bevolking
dat de Diskussie bestaat. Van degenen die
ervan op de hoogte zijn, vindt 49 procent
de hele vertoning zinloos, 35 procent heeft
geen mening en 16 procent vindt het een
nuttige zaak
Risico's.
Een maatschappelijke diskussie is geen
sinecure. Grote risico's bedreigen haar. We
hebben een voorproef te zien gekregen in
de tijd van de oprichting van de stuurgroep.
Omdat iedereen wel aanvoelt dat de vraag
of Nederland door moet gaan met e'lektri-
citeitsproduktie op basis van kernenergie,
het centrale onderwerp van de diskussie is,
werd er nog vóór De Brauw als voorzitter
werd genoemd, al stevig gepolariseerd. On
der aanvoering van enkele, als progressief
omschreven massamedia, werd het motto:
„kerncentrales sluiten en er niet meer over
praten" onder de mensen gebracht.
Van de kant van degenen die bij de
elektriciteitsproduktie betrokken zijn, be
gon men steeds meer zijn geloof in de zin
nigheid van de diskussie te belijden. Een
opmerkelijke bekering, want toen de ge
dachte aan een diskussie het eerst werd
gelanceerd (in een brochure van de Raad
van Kerken, 1978) zag de officiële energie
wereld er geen enkel heil in. In 1980 meende
men echter dat je beter kunt praten dan
schreeuwen. Liever een stuurgroep dan een
aktiegroep op de stoep, was het motto.
Konflikten zijn er ook geweest ten aan
zien van de subsidietoekenning. De stuur
groep liet zich krachtig horen, toen zij
naar haar mening te weinig gemeenschaps
miljoenen kreeg om uit te delen. Maar ook
in de kringen van hen op wie de subsidie
regen neerdaalde klonken verwijten.
De stuurgroep zag verder kans om prak
tisch alle Nederlandse onderzoeksbureau's
tegen de haren in te strijken, door er meer
dan een dozijn uit te nodigen tot het
maken van onderzoekscenario's en offertes,
terwijl er maar voor één of twee van deze
bureau's een taak in het kader van de
Diskussie weggelegd zou zijn!
Ideologiseren.
De bovengeschetste verwikkelingen be
horen als van nature bij de geboorteweeën
van alle maatschappelijke nieuwigheden. De
stuurgroep kwam er dan ook zonder ern
stige kleerscheuren doorheen.
Heel wat lastiger zal het blijken te zijn,
om de Diskussie te beschermen tegen de
heilloze neiging die wij Nederlanders heb
ben, om te ideologiseren. De opinieschui-
verij rond de vraag of het juist is atoom
kracht te gebruiken voor het opwekken van
elektriciteit, leent zich bijzonder goed voor
het ideologiseren. Wie diskussies tussen
voor- en tegenstanders van kernenergie
meemaakt, voelt zich soms in de periode
van de Hoekse en Kabeljauwse twisten ver
plaatst! Voorstanders en tegenstanders zien
elkaar niet alleen als mensen met een
uiteenlopend oordeel over een technisch
fenomeen, maar ook als gelovigen, respek-
tievelijk ongelovigen, goede en slechte men
sen, wijze en domme, behoedzame en roeke
loze personen. „Zeg mij hoe u over kern
energie denkt en ik zal u zeggen wie u
bent," is thans geen loze uitspraak meer.
Tijdens een hoorzitting van de stuurgroep
in het provinciehuis te Middelburg bleek ten
overvloede hoe gering de kans is dat voor-
en tegenstanders van kernenergie eikaars
standpunten zullen kunnen of willen begrij
pen. De Diskussie heeft als verbroederings
feest geen enkele zin. Immers: voor- en
tegenstanders van kernenergie zijn het niet
alleen oneens met elkaar, ze denken ook
totaal verschillend. Voorstanders van kern
energie laten zich leiden door de technische,
economische en financiële voordelen van
kernenergie boven andere opweksystemen.
De tegenstanders daarentegen worden be
stuurd door hun vrees voor politieke en
sociale risico's van kernenergietoepassing.
Verder is er een verschil in waarden
oriëntatie tussen voor- en tegenstanders.
Materiële waarden tellen voor de voorstan
ders zwaar, terwijl de tegenstanders (veelal
uiterlijk ook scherp te onderscheiden van
voorstanders) daar geringschattend over
plegen te doen.
Tenslotte is daar h^et merkwaardige ge
voel dat je als toeschouwer van een Dis-
kussieronde krijgt: ze praten wel over voor
en tegen van kernenergie, maar dat is
slechts een alibi. Ze doen alsof ze het over
een kerncentrale hebben, maar de centrale
kern ligt ergens anders. Wereldbeschouwin
gen, politieke visies en maatschappelijke
opties botsen op elkaar. De eenheid in pro
bleemstelling is even denkbeeldig als de
eenheid in de kleur der kostuums der dis-
kussianten: het statige blauw van het es
tablishment en het jeans-blauw van de
jonge aktiegroepen! Een rhapsody in blue...
Redeneertrant.
De redeneertrant in de beide kampen is
ook totaal verschillend. Het establishment
komt gewapend met feiten, cijfers, statis
tieken en tabellen naar de hoorzittingen,
terwijl de tegenstanders van kernenergie
hun soms aandoenlijke Weltschmerz als be
langrijkste wapen in de strijd werpen. Je
moet een tegenstander niet vragen wat de
halljwaardetijd van radio-aktief jodium is.
Daar houdt hij zich niet mee bezig. Hem
gaat het om de werktijd van een indiaanse
arbeider in een uraniummijn. De kosten van
uraan in vergelijking met die van steenkool
als energiebron overtuigen een tegenstan
der van kernenergie allerminst van de voor
delen van uraan. Hij wijst daarentegen op
de onbetaalbaar hoge sociale kosten die het
gevolg zijn van de politiestaat die naar
ziin mening onlosmakelijk bij „de kern
energie" hoort
t|JNNI. 1,
Voorbeeld van pro-kernenergiereclame van een aktiegroep in West-Duitsland. Vader zegt
tot zijn demonstrerende vrouw: „Tenslotte hebben we genoeg andere energiebronnen
tot onze beschikking."
18