Onze jonge student maakte dus kennis
met de wiskunde. Een kennismaking, die
hem uitnemend beviel, want hij had er
niet de minste moeite mee. We zouden
mogen zeggen, dat de kennismaking
leidde tot een verloving en huwelijk.
Zonder dat hij ontrouw werd aan zijn
eerste liefde de klassieken die niet
echt zijn liefde was, maar de voorkeur
van zijn vader. Met de keus heeft hij
het toch nog moeilijk gehad. „Ik weet
niet wat," schrijft hij, „heeft mij naar
de natuurkundige richting getrokken,
maar altijd is het genot der laatste (na
tuurwetenschap) mij enigszins getem
perd door de bewustheid, dat ik de eer
sten (Latijn en Grieks) niet op gelijke
schaal kon blijven beoefenen."
Toch heeft hij zijn kandidaats letteren
(magna cum laude!) in 1838 afgemaakt.
Een studie, waarvan zijn biograaf hem
laat zeggen, dat hij die als mens het
meest bevredigend noemde.
Toen Buys Ballot zijn studie begon,
was de algemene voertaal op de univer
siteit Latijn (in officiële toespraken be
diende hij zich daarvan of en dat was
een uitzondering van het Nederlands).
Maar bij de natuurwetenschappen was
snel gebrek aan bruikbare Latijnse ter
men en het Nederlands begon in de
collegezalen door te breken.
Welke vakken zaten er in zijn „pak
ket"? Allereerst de „klassieken". Maar
óók wiskunde, natuurkunde, scheikunde,
geologie en sterrenkunde. In al deze vijf
vakken was hij later hoogleraar of do
cent. Een figuur, die op deze vijf „wa
pens" meester is, mag gevoeglijk een
geleerde worden genoemd. Maar boven
dit opstel staat een ontzagwekkend ge
leerde en dat is nog iets anders.
Om die toevoeging te rechtvaardigen
is hierbij een lijst opgenomen van onder
scheidingen, die hem op wetenschappe
lijk terrein ten deel vielen (afgezien van
zijn ridderschap in de Nederlandse
Leeuw en een drietal andere verleend
door Oostenrijk, Portugal en Pruisen) en
de lezer oordele zelf. (Voor Zeeuwen zij
vermeld, dat hij lid was van het Kon.
Zeeuws Genootschap).
De aard en opzet van dit periodiek
bieden niet voldoende ruimte om ook
maar enigszins verantwoord in te gaan
op de wetenschappelijke waarde en aard
van Buys Ballot's werk; daarvoor is een
vakblad vereist. De belangstellende wij
zen we graag op ondervermelde bio
grafie.
De gemiddelde Nederlander kent Buys
Ballot als de naamgever aan de wet
der stormen en de stichter van „De
Bilt", onze weerberichten-fabriek. Hoe
kwam hij er eigenlijk toe om zich als
classicus, wis- en scheikundige, geoloog
en astronoom toe te leggen op de me
teorologie?
Eén van zijn hoogleraren, prof. Van
Rees, verzocht twee studenten, Krecke
en Buys Ballot, om op de Utrechtse Dom
waarnemingen voor hem te doen van
sterren en planeten. Hierdoor werd het
terrein van de astronomie betreden, wat
later leidde tot internationale kontakten,
waardoor er belangstelling ontstond voor
de meteorologie. (Hoewel niets er nog
op wees, dat hij daarin zijn hoofdtaak
zou vinden).
Integendeel, zijn eerste wetenschap
pelijke publikatie was op zijn „oude
terrein" en verscheen hij was vijf-
en-twintig in drie buitenlandse tijd
schriften in het Frans en Duits.
In 1843 schrijft hij een meesterwerk.
Zijn hoogleraren hebben het niet als
zodanig onderkend en hielden de publi
katie ervan een jaar of vijf, zes tegen!
Hij trachtte erin uit één grondregel de
hele wereld van de natuurverschijnselen
te verklaren en gaf het de titel mee:
„Schets ener Physiologie van het onbe
werkte Rijk der Natuur". Toen de schets
in druk verscheen, was de wetenschap
pelijke wereld verbaasd. Later oordeelde
de grote scheikundige, Nobelprijswin
naar Van 't Hoff, dat het „een reeks van
geniale grepen" was.
Maar intussen was de jonge geleerde
hard aan het werk aan zijn dissertatie
waarin hij zich toen reeds bezig
hield met vorm en grootte der atomen.
Het. proefschrift zelf (over adhesie en
cohesie) was niet omvangrijk. Het was
geschreven in het Latijn en viel op door
de stellingen die hij wilde verdedigen.
Citerend:
II. De atoomtheorie moet worden
uitgebreid.
IV. Volgens de (toen) bekende
phvsische oorzaken is geen onder
gang van de aarde of het mense
lijk geslacht te verwachten.
XVIII. Weldra zal de meteorologie
het recht de naam wetenschap
opeisen.
Men verlieze niet uit het oog, dat Buys
Ballot onderwijl vele artikelen schreef
in allerlei talen. Ook, bijvoorbeeld, om
een miskend Duits geleerde (Mayer) in
diens opvattingen over het behoud van
„de wetenschappelijke wereld" hem was
arbeidsvermogen steun te geven, waar
afgevallen.
Evenmin, dat hij dag aan dag druk
bezet was met doceren in mineralogie,
theoretische scheikunde en wiskunde.
Ook niet, dat hij tussendoor een publi
katie deed verschijnen over de omwen-
telingstijd van de zon. Wat hem bracht
op het terrein van de meteorlogie!
Hij kreeg een Europese faam. Neder
land bleef daarbij achter en dat heeft
pijn gedaan. Zoals blijkt uit zijn corres
pondentie:
.alles wat wij zeiden (is) voor
kennisgeving aangenomen en niet
weerlegd! Maar ter griffie gelegd.
....uit teleurstelling.... de me
teorlogie als een speelpop ter hand
genomen."
De eerder genoemde Krecke en Buys
Ballot bezochten Brussel waar sinds 1826
een observatorium funktioneerde. Dat
was een kolfje naar hun hand. Zij zet
ten nogal heel wat raderen in beweging.
En, waarachtig, in 1848 kregen zij de
beschikking over een villa de „Son-
nenborgh" op de Utrechtse bolwerken
om er een observatorium te stichten.
(Wie Utrecht kent, weet dat vandaag de
dag ter zelfder plekke de koepel van
het astronomisch observatorium zich
toont).
Intussen waren er meteorologische
waarnemingen op gang gekomen op
meerdere plaatsen. Echt niet om vakan
tiegangers een zonnige dag te beloven
of om fruitkwekers voor nachtvorst te
waarschuwen. De eerste waarnemingen
C. H. D. Buys Ballot (omstreeks 1857).
27