Nieuwbouw voor de Provinciale Bibliotheek van Zeeland Bij het verlaten van de Abdij Tekst: Kees Hamann. Foto's: Provinciale Bibliotheek. Wie in Middelburg van het station naar het centrum wandelt, moet in het afgelopen jaar de bouwaktiviteiten zijn opgevallen, die achter de rechter hui zenrij van de Stationsstraat worden uit gevoerd. Inmiddels worden daar de con touren van een groot gebouw zichtbaar, opgetrokken in grauw beton. Een bord, aan de rand van de bouw put, leert ons dat hier de „Zeeuwse Bi bliotheek" gebouwd wordt. Hier moeten enkele Middelburgse bibliotheken on derdak vinden. Het betreft de Provin ciale Bibliotheek, de Openbare Biblio theek van Middelburg, de Zeeuwse Cen trale Muziekbibliotheek en de Zeeuwse Centrale Diskotheek. De eerste van dit viertal is nu ge huisvest in de Abdij, midden in het centrum. Weliswaar wordt op dit mo ment het grijze beton van de nieuwe bibliotheek netjes weggewerkt met een bakstenen muur, maar nooit zal hier de typische sfeer van de Middeleeuwse Abdij in teruggevonden worden. Waar om tóch verhuizen? Om te kunnen begrijpen waarom de bibliotheek vrijwillig het hart van de binnenstad verlaat, moeten we ver terug in de geschiedenis van deze instelling. Honderdvierentwintig jaar geleden, om precies te zijn op 30 november 1859, opende de Provinciale Bibliotheek van Zeeland voor het eerst haar deuren. In dat jaar was op voorstel van Gedepu teerde Staten binnen de provinciale be groting 500 gulden uitgetrokken voor de oprichting van een, voor het publiek toegankelijke, boekerij. Hiertoe werd een groot aantal boekwerken, tot dan toe verspreid geplaatst op de verschillende kantoren van het provinciaal personeel, bij elkaar opgesteld in een zijkamertje van het provinciaal archief (onderge bracht op de plaats in het Abdij, waar nu het Zeeuws Museum is). We gaan terug naar het Zeeland van 1859. Waarom werd deze bibliotheek op gericht? Geografisch gezien was Zeeland een zeer geïsoleerd gewest. Zo zou het nog vijftien jaar duren vóór men Mid delburg per trein kon bereiken. Daar naast waren de bootverbindingen over de Wester- en Oosterschelde nog slecht geregeld. Wilde men in die tijd aan weten schappelijke literatuur komen, voor be roep of studie, dan kon men deze óf zelf aanschaffen (hetgeen een zeer dure liefhebberij was!), óf men was afhan kelijk van relaties met vrienden of kol lega's buiten de provincie. Die konden de gewenste werken misschien te pak ken krijgen. Het is dan ook begrijpelijk, dat men de behoefte aan een eigen bi bliotheek sterk voelde. Door het samenvoegen van reeds bij ambtenaren aanwezige boekwerken, was het bezit van de jonge bibliotheek be perkt. Voornamelijk betrof het werken over geschiedenis, wetgeving en staats recht. Daarnaast zou men bij de aanschaf van boeken vooral letten op Zeeuwse werken en op literatuur over Zeeland. Het is begrijpelijk dat zo'n bescheiden bibliotheek geen grote groep lezers trok. De eerste decennia bezochten voorna melijk historici, predikanten en juristen de kleine behuizing in de Abdij. In 1898 betrok de bibliotheek echter een statig herenhuis in de winkelstraat van Middelburg, de Lange Delft. Het was vele malen groter dan de ruimte in de Abdij, hetgeen zeer stimulerend op de ontwikkeling van de bibliotheek werkte. Zo gaf het Koninklijk Zeeuwsch Ge nootschap der Wetenschappen haar om vangrijke kollektie in beheer, waardoor het totale bezit van de Provinciale Bi bliotheek voor mogelijke gebruikers veel interessanter werd. Niet alleen aantrek kelijker voor lezers, maar ook voor in stellingen en particulieren, die steeds meer werken in bruikleen of ten ge schenke gaven. Hoewel het gebruik van de bibliotheek door deze ontwikkeling wel toenam, be trof het hier slechts een klein deel van de Zeeuwse bevolking. De aard van het bezit, dat een sterk historisch, juridisch en theologisch karakter kreeg, zorgde uiteraard ook voor een eenzijdige lezers kring, Daarnaast was het zeer statige gebouw met het deftige en strenge per soneel voor velen weinig uitnodigend. Een meer evenwichtige kollektie ver zamelen voor een breder publiek was niet eenvoudig. In de eerste plaats ont braken daarvoor de financiën. In de tweede plaats ontbrak ook de kennis bij het kleine aantal bibliotheekmedewer- De eerste huisvesting van de Provinciale Bibliotheek bij het Provinciaal Archief op de plaats waar momenteel het Zeeuws Museum is gevestigd (Abdij, Middelburg; 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1983 | | pagina 5