WATERLEIDING Maar hoe bescheiden ook de eischen zijner bezoekers zijn, het comfort liet er te wenschen over in de appartementen, welke de inwoners hadden beschikbaar gesteld, en de ruimte in Schuttershof en Badhotel was te gering voor het aantal reizigers. Aan beide bezwaren werd in den zo mer van 1888 tegemoet gekomen door het inrichten van meerdere eenvoudige, doch nette woningen en door het stich ten van het hotel „Villa Marina". In een bepaalde behoefte was dus voorzien. Geen enkele der ondernomen zaken getuigde van speculatiezucht. Slechts één zaak ontbrak. Een ruimer gebouw op het duin ten gerieve der bad gasten. Vijftig jaren lang had het bad paviljoen op den top der duinen den storm getrotseerd. Van enkele families was het getal zijner bezoekers tot eenige honderden aangegroeid en hoe vriende lijk het helder witgepleisterde gebouw tje ons van buiten en van binnen ook toelachte, 't was te klein geworden voor het beoogde doel. Ook die wensch is thans vervuld. Door de zorgen der toenmalige badcommissie, de heeren H. J. Boogaert, J. C. Lants- heer en H. M. Kesteloo, heeft zich eene vennootschap gevormd, welke het ge bouw stichtte, waarvan de plaat ons een juiste voorstelling geeft. De heer J. J. van Nieunkerke te 's Hage, die het ont wierp en aan wiens welwillendheid vo renstaande teekening te danken is, heeft zijn onderwerp con amore behandeld, getuige daarvan evenzeer het gebouw, dat aan de rechterzijde van het badhuis is geteekend, de villa des heeren Alden- brtick uit Brühl. Met het oog op de hevige noordwes telijke stormen, die 's winters op onze eiland-badplaats kunnen heerschen, is de hoofdgevel naar de zuid- of landzijde gekeerd. Ook aan den oostelijken gevel Wanneer we de Provinciale Zeeuwse Courant mogen geloven (en dat doen we toch grif?), was 1983 een droog jaar. Ondanks de bijna-zondvloed-regens in het uitzonderlijk natte voorjaar, zodat er pas omstreeks juni suikerbieten ge zaaid konden worden. Bijzonder droog. Maar 1911? De zomer van 1911 was buitengewoon droog. Sinds mensenheugenis was er niet zo weinig regen gevallen gedurende zo'n lange tijd. Het was een benauwde tijd voor de dieren en een zorgelijke tijd voor de mensen. Veel erger dan we ons nu kunnen denken. Alle leven was af hankelijk van de regen. En die kwam niet. In geen maanden. Wij hebben er nu geen idee meer van, hoe zuinig je met water kunt zijn. Met welk een klein plasje in een teiltje groenten gewassen kunnen worden, om dat zelfde water nog eens te gebruiken is meerdere versiering aangebracht. Die naar het westen en noorden zijn een voudig. Een ruim terras voor verschil lende doeleinden dienstig, ligt tusschen het gebouw en den rand der duinen. Behalve een ruime zaal bevat het ge bouw een biljartkamer, leeskamer en damessalon, met toren en belvedère. Verder een vestiaire naast de ruime vestibule en een bureau. In het souster rein vindt men keuken, kelders, bad kamers, bediendenkamers en woning voor den concierge. Bijna het gansche gebouw is omgeven door een veranda, die, aan de zuidzijde op bogen rustend, een aangename, windvrije zitplaats zal opleveren en waarheen een flinke ar- duinsteenen trap toegang verleent, ter wijl de noordelijke ingang langs een zachtglooiende helling bereikbaar is. Zou een prins gekomen zijn om de slapende schoone te wekken? Zouden de krachtige golfslag en het kristalheldere zeewater van Domburg's kust en het uitgestrekte bosch, dat zijn duinen be dekt en waarin het als 't ware verscho len ligt, een aantrekkingskracht gaan uitoefenen op den vreemdeling, die daaraan behoefte gevoelt? 't Is opmerkelijk, dat juist thans door de hooggewaardeerde beschikkingen van mevrouw de douairière De Bruijn-Bod- daert het aloud, nabijgelegen kasteel Westhove is bestemd tot een verblijf voor herstellende kinderen, en die in richting nog dezen zomer zal worden geopend. Die beschikkingen spreken lui der in 't belang van de badplaats Dom burg dan ooit de krachtigste reclame zou vermogen en zijn wellicht de grond slag voor zijne toekomst: eene toekomst waaraan niet valt te wanhopen, zoolang zuivere lucht en zonneschijn tot de krachtigste regeneratoren van het leven zullen gerekend worden. voor het wassen van de geschilde aard appels. En dan nog een keer je eigen handen of zelfs je gezicht. Om het daar na zorgvuldig weg te gieten in een bed met verdorrende groente. Welputten werden brak of gaven niets meer. Regenbakken vingen niets op en het water slonk zienderogen. Maar re gen kwam er niet. Boeren gingen met een kar lege kui pen naar de stadsvesten van Goes om er water te scheppen voor het vee in de weilanden. Beter dat stinkwater dan helemaal niets. Maar de regen bleef uit. Huisvaders zetten een ladder in de regenbak om na te gaan hoe weinig sporten er nog onder het oppervlak verdwenen. En soms daal den ze er in af en konden alleen maar naar boven roepen, dat het er bar slecht voor stond. Als er niet gauw regen kwam.Hoewel, de kwaliteit van het water was nog goed. Dat kon je zien. Want er wemelden rode waterluizen in! Op een Zuid-Bevelands dorpje was Keesje van de Linde ondermeester van de twee-mansschool. Winter en zomer droeg hij een grijs jacquet, waarin hij niet alleen twee binnenzakken had, maar bovendien ook nog twee diepe zakken in de achterpanden. In de linker-binnenzak op zijn hart dus droeg Keesje iets zeer bijzonders mee. Jaar in, jaar uit: de Grondwet van het Koninkrijk der Nederlanden. Welis waar was dat maar een erg dun boekje, maar het was dan toch maar De Grond wet! Hij had er natuurlijk wel niets aan, maar het dwong ontegenzeggelijk heel wat respekt af bij de dorpelingen. Hij alleen had De Grondwet in zijn billen- tikker. En niemand anders. Ziet u, hij leefde dan ook nauwelijks een eeuw na de Franse Revolutie. Zo kort is dat nog maar geleden. En grond wet en grondwettelijke rechten waren duur bevochten zaken. Keesje las wel nooit in zijn boekje, maar hoewel het nooit dienst deed, droeg hij het toch maar op zijn hart. En is er vandaag de dag nog één vaderlander, die dat durft zeggen? Keesje van de Linde sprak ook vaak grote, belangrijke woorden uit als Libe raal, Sociaal Contract, Patriot, Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap, Verlicht, Staatkunde, Goeman Borgesius en zo. Keesje wist zijn weetje. Want hij las ook nog de Goese Krant, die drie keer in de week verscheen. En daar stond heel wat in. Ook wel ingezonden stuk ken. In verband met de rampzalige droogte, die maar geen einde scheen te krijgen, verscheen er ook een ingezonden stuk van Keesje van de Linde. Hij kwam met niets minder op de proppen dan met het idee dat Zuid-Beveland een waterleidingnet behoorde te hebben. Het was een grondwettelijk recht van ieder staatsburger in een verlichte natie om over drinkwater te beschikken. Er waren meer gebieden met waterlei dingen. Elders werd het wel uit de duinen gehaald, maar omdat Zuid-Beveland duinloos is, moest het van verderop komen. Noord-Brabant had zandgron den en daaronder vermoedde de schrift steller wateraders. (En dat bleek later nog waar te zijn ook). Er moest gepompt en gepers worden. Er moesten water torens komen. (En Goes heeft er nog één, die meer dan de moeite van het bekijken waard is. Oudelande had tot in de Tweede Wereldoorlog trouwens iets dergelijks). En om de volksgezond heid te dienen en de zaak te laten ren deren moest er een verordening komen, zodanig dat ieder woonhuis een aanslui ting moest hebben. Of Keesje van de Linde nu echt de eerste was, die met dit idee kwam, mo gen we betwijfelen. Maar de waterlei ding is er gekomen. Ieder woonhuis kreeg een kraan. Ik zegge: één kraan. Nooit heb ik als kind geweten, dat de spilzucht ergens zo ver ging, dat men in huis twee of meer dan twee kranen had. Om op de kosten te besparen en toch aan de verordening te voldoen, werd die kraan juist achter de voordeur aan gebracht. Dat scheelde nogal wat meters pijp. Zo'n voordeur kon wel helemaal open. Dat gebeurde bijvoorbeeld bij een Tekst: J. Kousemaker. 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1984 | | pagina 22