Het is een prachtig gezicht, zo'n paard voor de slee in het veld. Je ziet het niet
zo veel meer, maar toch.Men laat het vertrouwde beeld maar met moeite los.
De jonge generatie kiest er ook weer bewust voor. Zoals Leo de Visser in Ritthem.
Hij heeft twee volwassen paarden en een veulen op zijn biologisch dynamisch
bedrijf aan de Zandweg. Hij werkt op een eeuwenoude manier. Het hóórt er ge
woon bij
Ritthem is de enige plaats op Walcheren met een Jenaplanschool. De kinderen
vinden het er heerlijk en ook de ouders zijn enthousiast en helpen graag mee.
g'ingsmiddelen. Nu, na vijf jaar werken,
geholpen door zijn paarden gespannen
voor eeuwenlang beproefde landbouw
werktuigen, mag hij zich biologisch dy
namisch teler noemen. Hij verkoopt zijn
spullen aan huis, maar het grootste ge
deelte levert hij aan een verdeelcentrum,
dat er weer voor zorgt dat de bevolking
van Leiden en Amsterdam een stukje
Ritthemse gezondheid kan kopen.
De Ritthemers zelf gaan voor hun da
gelijkse boodschappen naar het enige
winkeltje, dat nog in het dorp over is.
Je kunt er bijna alles krijgen. De baas
van het spul, Frans Moelker, keek eens
over het water en nu bevoorraadt hij
ook schepen. Zo snijdt het mes aan twee
kanten. Wat je op een schip nodig hebt,
koop je ook voor je huishouding aan de
wal en omgekeerd. Daarom grijp je er
bijna nooit mis.
Geschiedenis.
Tot 1966 was Ritthem een zelfstandige
gemeente, al in 1795 ontstaan uit de am-
bachtsheerlijkheden Ritthem, Weizingen
en Nieuwerve. Het moet er gezellig ge
weest zijn, met de eigen secretarie, het
eigen gemeentebestuur en de eigen veld
wachter. Nu hebben de bejaarde bewo
ners in de raadzaal hun sociëteit. Iedere
dag wordt er een kaartje gelegd of ge
biljart en de dames hebben er hun be-
j aardengymnastiek.
Ritthem is waarschijnlijk ouder dan
de eerste schriftelijke vernoeming in
1247. Onder Ritthem is, volgens de oud-
hoofdonderwiizer van de christelijke
school, B. J. de Meij in zijn „Geschiede
nis van Ritthem", Romeins aardewerk
gevonden, waarschijnlijk uit de eerste
eeuw van onze jaartelling.
In de oudste geschriften wordt het
Rijethem of Riethem en ook wel Rut-
them genoemd. De toevoeging „hem" is
de Friese benaming voor woonplaats,
wat er op duidde dat Riethem heel een
voudig plaats waar riet groeit zou heb
ben betekend, maar ook dat de Ritthe
mers verwant kunnen zijn aan de Frie
zen. In Friesland bestaan veel plaatsen
met de toevoeging „hem"; in Zeeland
maar één.
Ritthem moet ook een eigen adellijk
geslacht hebben gehad, want in 1290
wordt gesproken van ene Wouterman,
zoon van Aarnhout de Raethem.
In die tijd bestond het landschap uit
kreekruggen, vliedbergen en lage moe
rassige poelgronden. Het was logisch
dat er op de hoge delen werd gebouwd.
Dijken zoals nu waren er nog niet. De
kom van het dorp ontstond op een kreek
rug, evenals de nog steeds bestaande
toegangswegen. De kerk werd op een
vliedberg gebouwd en de Dorps- en We
verstraat waren de voornaamste wegen.
Daar werden huizen neergezet; een eeu
wenlange kringloop van bouw, afbraak,
verval, herstel en herbouw was be
gonnen.
Veel inwoners heeft het dorp nooit ge
had. Maar de waarde en de belangrijk
heid van de plaats was wel aan schom
melingen onderhevig. Rond 1600 had bij
voorbeeld Middelburg de heerlijkheid
Ritthem gekocht, maar toen in 1678 een
bankroet dreigde, moest de stad al haar
heerlijkheden van de hand doen. Ritt
hem verwisselde zo in 1680 voor f 13.500
van eigenaar. Mr. Anthonie Pieter Lam-
brechtsen betaalde er in 1764 f 6000 voor.
Tot in deze eeuw is de heerlijkheid Ritt
hem in handen van ambachtsheren van
zijn geslacht geweest en de Lambrecht-
senstraat is naar de eerste van hen ge
noemd. Een Lambrechtsen was ook een
6