OEKE.
OOSTERSCHELDE.
Dan vijftig keer... Hij klopte zijn wachtje,
kwartier na kwartier bij die vermaledijde zin
ken kuip waarin dat dooie varken lag te drij
ven. Had er nooit aan moeten beginnen. Hij
nas er trouwens niet aan begonnen! Het was
Annie's werk geweest!
Toegegeven, eerst was hij er mee ingenomen
geweest. Eerlijk is eerllijk. Maar Annie had,
natuurlijk, stom als een rouw in zulke dingen
is... Vijftig maal rechtsom, vijftig...
Om kwart over drie gaf hij er de brui aan.
Geen kat gezien!
Koud tot in zijn botten liet hij het afweten om
als man te waken over hun kostbaar bezit. Ze
konden hem nog méér...
Het draaiboek van Van derGaag klopte geheel
met de uitvoering ervan.
Inderdaad: nog een keer trok een zware wa
gen van Van Gend Loos diepe sporen door
de hoge sneeuwrand langs het trottoir van huize
Bak. Er werd ditmaal slechts een vrij klein kist
je bezorgd. De boeken zouden morgen afge
haald worden.
Inderdaad: de volgende morgen stond het kistje
met de vier hammetjes en de zijdjes spek ge
reed in de keuken.
Inderdaad: het werd prompt afgehaald om,
volgens afspraak, de inhoud elders te roken.
('Want daarvoor hebt u zeker geen gelegen
heid?' had de politieman bezorgd gevraagd).
Het zou smaak en houdbaarheid ten goede
komen.
Inderdaad: alles klopte.
Toen, na ruim twee maanden er nóg geen ge
rookt spek was bezorgd, begonnen Hans en
Annie het langzaamaan te begrijpen.
Hun kostbare, waardevolle, onvervangbare be
zit was al lang voor de tweede keer verkocht.
J. Kousemaker.
Prinses en zeemeermin ben ik, het water is mijn woning,
Mijn moeder is een koningin, mijn vader is een koning.
De Oosterschelde is mijn rijk met water, modder, zand en slijk.
En of het ebbe is of vloed, het is mij om het even,
Het is mij alles even goed, de Schelde is mijn leven.
Eens was er storm en veel geweld.
Het heeft toen menig mens geveld,
De dieren moesten sterven.
Verdronken zijn have en goed.
Verdwenen in de hoge vloed
Zijn mooie oude erven.
En onze tranen vloeien mee
Wat was zij wreed mijn mooie zee
Toen Zeelands dijken braken.
't Was of met droefheid en geween
De vreugde in de Scheld verdween
Om nooit terug te raken.
Eens nam ons volk een kloek besluit
En voerde grote werken uit
Om rampen te voorkomen,
Ik zie het wonder van de eeuw,
En ben er trots op als een Zeeuw,
Wie had dit kunnen dromen?
Gered is nu de Oosterscheid
Van rampen door het stormgeweld
In onze Zeeuwse stromen.
Oost-Scheldens zeemeermin ben ik
En woon in water, zand en slik
In groene zeewierhoven.
En komt er stormweer met gevaar
Dan worstelen we, mét elkaar
En blijven voortaan boven.
Dan gaat de Oosterschelde dicht
En houdt haar liefelijk gezicht.
D. Smit - Heyse.
KRONTSTAD VLISSINGEN.
door Hans van Soest. Paperback 225 blz. Foto-
Illustraties. Eigen uitgave, 23.75.
Zelfs zij die vlak bij Vlissingen woonden
hadden (hebben) nagenoeg geen besef van wat
er in de stad aan oorlogshandelingen heeft
plaats gehad in 1940-1945.
We waren te geïsoleerd en de berichtgeving
van het D.N.B. (Duitse persdienst) werd zon
dermeer als leugenachtig van de hand gewezen
en die liet zich trouwens toch alleen horen als
er een overwinningsgeschal bij gemaakt kon
worden. Misschien waren we ook wel allemaal
te zeer bezig met eigen lijfsbehoud. Of met wat
er in onze onmiddellijke omgeving gebeurde.
Zodat we niet beseften dat de strategische po
sitie van Vlissingen noodwendig leiden moest
tot heftige, felle gevechten. Was Vlissingen niet
(Napoleon) het „pistool op de borst van En
geland"? En was het niet, in nog heviger ma
te, „pistool" op de vitale toevoerhaven voor
de bondgenoten: Antwerpen?
Geen wonder dat er in de titel sprake is van
f r o n t s t a d. Uit een overvloed van gege
vens die velen aan Hans van Soest gaven, (zo'n
1000 blz.!) heeft hij een selectie gemaakt die,
mét het fotomateriaal, een erg informatief boek
oplevert dat de lezer pretentieloos op de hoogte
brengt van al wat er aan heftigs en verschrik
kelijks om en nabij Vlissingen (luchtgevechten)
is gebeurd. De schrijver volgt de gebeurtenis
sen van dag tot dag. Niets van belang is verge
ten of zijn aandacht ontgaan.
Twintig jaar lang verzamelde de auteur zijn
gegevens en zonder litteraire pretenties ver
werkte hij ze erg concientieus.
Bob de Nooyer.
ONZE RUSTELOZE AARDE.
Oorsprong en ontwikkeling van onze planeet.
28,5 x 20 cm, 160 blz., 250 tekeningen en fo
to's geheel in kleur. Gebonden. Elsevier,
37.50.
Bij Elsevier vindt de stapelloop plaats van
een boeiende serie van zeven boeken Weten
schap in Beweging geheten. Ze is populair, ze
ker. Maar ook: zeker niet té populair. En in
elk geval zeker wetenschappelijk. Het geheel
lijkt ons een gelukkige greep. Al is onze per
soonlijke indruk van het onderhavige boek
(waarvan de originele opzet uit de Verenigde
Staten komt, samengesteld door een indru
kwekkende reeks auteurs onder aanvoering van
Dougal Dixon in goede vertaling van Jos den
Bekker, dat de koper (lezer) een ferme hoeveel
heid geestelijke bagage moet meebrengen wil
hij tot het einde toe geboeid blijven.
Tekeningen en foto's zijn duidelijk, en vee
lal prachtig.
Hoofdstukken: de aarde in de ruimte; de
aardse dampkring; de oceanen; structuur en
oppervlakte van de aarde; cartografie; geolo
gie en landschap; het landschap en de mens en
een bruikbaar register.
Ksm.
12