bereikten. Zonder veel tijdverlies had de mo
tor kunnen worden gerepareerd op het militaire
vliegveld waar we waren geland, de Ameri
kaanse luchtmacht echter had niet de bevoegd
heid de ter plaatse aanwezige onderdelen aan
de burgerluchtvaart af te staan en een stel
nog steeds in kampkleren gehulde „bedelaars",
zonder geld, dat zo vlug mogelijk verder wil
de, telde kennelijk helemaal niet, leve de
bevrijding!
Pas na de komst van de reparatiedelen per
kerend vliegtuig uit Amsterdam, waren we na
een verblijf van vijf etmalen in een militair ho
tel aan de rand van de woestijn (overdag gloei
end heet, 's nachts steenkoud) weer op weg
naar Kaïro om daar van Europese kleren te
worden voorzien. Die kleren kregen we.... Af
tekening voor de ontvangst op een officieel for
mulier, opdat t.z.t. verrekening zou kunnen
plaats vinden met eventueel later te ontvangen
hulpvergoedingen, verhoogde de stemming
niet.
Gehavend van gezondheid maar compleet in
aantal werden we ontvangen in ouderlijke
kring, eerst in Den Haag, later in Goes.
Hoe beleefden we het vaderland? We hoord
en veel over de bevrijding en de viering daar
van, over wittebrood dat uit de hemel was ko
men vallen, over Canadese tanks waar iedereen
opgeklommen was, over de overal weer uil
gestoken vlaggen, over het verzet en niet te ver
geten over de doorbraak in de politiek die heel
wat beloofde voor de toekomst van het land.
Maar wij Indischgasten zo werden we ge
noemd voelden ons gedrukt, niet in het
minst doordat, uitgezonderd in de familie en
in de kring van vrinden en kennissen, er nau
welijks belangstelling was voor onze oorlogs
belevenissen en als die al eens ter sprake kwa
men een ondertoon van ,,die koloniale onder
drukkers hebben toch maar aardig hun trek
ken thuisgekregen" geregeld voelbaar was.
Men vond het kennelijk vanzelfsprekend dat
de bevrijding in Nederland ook de onze was.
Ik had het geluk onverwacht snel in mijn ei
gen vak aan het werk te kunnen bij de Neder
landse Spoorwegen. Geen tijd dus om op ver
haal te komen, wel direct al weer bezig met de
zorgen en spanningen behorend bij het opbou
wen van een zich nog lang niet hervonden ge
zin en het inwerken in een nieuwe loopbaan,
geen sprake van een echt ontspannen
bevrijdingsbeleving.
Is dit verhaal nu wat lang uitgevallen?
Onvolledig is het zeker, toch met voldoen
de tekening misschien om te doen begrijpen
waarom ik de bevrijding, in de geladen bete
kenis zoals zij die de oorlog in Europa hebben
overleefd erover plegen te praten en te denken,
heb beleefd noch gekend. Voor mijn vrouw en
mij is de „bevrijding" nooit een bevrijding
geworden.
Het geluk van de bevrijding heb ik eigenlijk
maar heel even beleefd toen ik door de Engel
se officier uit de gevangenis verlost werd; toen
ik buiten kwam was het al weer voorbij. Dit
wil niet zeggen d„t ik mij daarover beklaag, het
leven heeft mij geleerd dat geluksbeleving nim
mer bestendigheid kan hebben, dus ook niet
het geluk van vrij te zijn. Gelukkig zijn duurt
kort en wie het najaagt zal het niet worden.
Chris van Geel zegt het zo: „Geluk dat is ge
hoorzaam zijn en zoet, geen eis en geen ver
wijt". Maar pak het mee als het je ten deel alt
zoals, terugschouwend, de keer toen ik in ge
vangenschap gehurkt boven de latrine mijme
rend naar de tropenhemel keek en de maan in
haar koele witheid, haast tastbaai door de wol
ken zag breken mij kon niets gebeuren.
Vele jaren later heb ik bij Ralph Waldo
Emerson gelezen dat ik toen als een aartsengel
tegenwoordig ben geweest bij de schepping van
de wereld en van het licht.
Bulldozers en tanks van de Royal Mat ine Com
mando's landen veilig re Westkapelle te 10.20
utir op I november 1944.