BOEKEN
Een stadse ballade
Snelle groeier.
Schol is een snelle groeier, die vanuit de
Noordzee in het ondiepe water van de kustge
bieden (o.a. de wadden en de zanderige kust-
gedeelten van Zeeland) tot wasdom komt. De
jonge schol (de postzegeltjes) groeien al in het
eerste jaar naar 20 cm, in het tweede jaar van
25 tot 30 cm.
Al in het eerste jaar trekt een groot deel van
de jonge schol naar dieper water, zelfs buiten
de 12 mijls zóne.
De zeehengelaars maken zich grote zorgen
dat ze door de verhoging van de wettelijke maat
tot 27 cm nauwelijks meer in staat zijn vanaf
stranden en strekdammen een maats schollet
je voor de braadpan te vangen. Ze riskeren vlot
een verbaal, omdat de meeste schol in de on
diepe kustgebieden slechts 15 tot 20 cm groot
is. Schol trekt snel weg naar dieper water op
volle zee, dus buiten hengelbereik.
Koltervissers bezorgd.
De weldenkende kottervissers maken zich
grote zorgen over het grote aantal jonge schol
letjes, dat o.a. door de boomkorvissers en an
dere schepen met te grote motorkracht binnen
de 12 mijlszöne wordt „uitgemoord". Proef-
visserijen hebben bewezen, dat bijna 90% van
de ondermaatse schol, die in de netten van de
boomkorvissers en andere schepen (niet opzet
telijk natuurlijk) wordt meegevangen, ten do
de gedoemd is. Slechts 10 tot 15% van de
„kleuter-schollen" en andere „postzegels"
overleeft het visnet. De meeste jonge vis stikt
of wordt ernstig beschadigd.
Speurtocht door het heelal.
(Vertaling door Jos den Bekker van „Explo
ring (he Heavens") 282 x 20 cm, 160 blz., 400
illustraties in kleur, gebonden.
Uiig. Elsevier, Amsterdam/Brussel.
Prijs 37.50.
In een negental delen wil Elsevier een serie
Mens en W etenschap brengen. De eerste ken
nismaking ligt nu op tafel: een populair weten
schappelijke verhandeling over astronomie en
ruimte-onderzoek. Een machtig mooi en leer
zaam boek. Niet gemakkelijk. Niet te moeilijk.
Voor de gemiddelde, geïnteresseerde, lezer -
volwassen of nog schoolgaand - een gemak
kelijke bron van informatie. De fraaie illustra
ties vullen de goed leesbare tekst uitnemend
aan; zij omvatten ook duidelijke en verduide
lijkende tekeningen en schema's. Van plaats tot
plaats zijn „Wetenswaardigheden" in kader
opgenomen. Tot slot een woordenlijst en re
gister. Wie met verbazing en ontzag nieuwsgie
rig schouwt naar de sterrenhemel en er graag
(veel) meer over zou willen weten, wordt hier
voor enkele tientjes een handreiking gedaan die
vele jaren van groeiend genot in zich bergt.
Ksm.
DELTAWERKEN.
Hildede H aan en Ids Haagsma: De Deltawer
ken. 26 x 21 Vi cm, 136 blz. Talrijke foto
illustraties en zeer vele tekeningen en schema's.
Paperback. Uitg. Waltman, Delft, 27.50.
In de netten, die up tongvisserij gespeciali
seerd zijn, blijven al scholletjes van 18 cm han
gen. Dat betekent, dat dus vele tientallen mil
joenen ondermaatse platvisjes voor de grote
vangstgebieden van de Noordzee verloren gaan.
Op dat punt heeft ook de voorzitter van de
kottervissers, Ben Daalder, al meerdere malen
voor betere bescherming van de 12 mijlszöne
gepleit, een belang voor de totale visserij en de
recreatie.
Ook in zeehengelkringen is groeiend verzet
tegen de schadelijke gevolgen van een aantal
visserijen binnen de 12 mijlszöne. Ze vragen
zich af waarom een stranhengelaar een bekeu
ring kan krijgen als hij een platvisje van 20 tot
26 cm in zijn leefnet steekt, en beroepsvissers
miljoenen ondermaatse scholletjes domweg
dood over boord gooien.
De beroepsvissers op hun beurt stellen, dat
deze ondermaatse platvis vaak een onvermij
delijke bijvangst is. Er wordt door sommige
vissers soms verkast, als er teveel jonge vis
wordt meegevangen. Het levert allemaal onno
dig werk en tijdverlies van kostbare vaar-uren
op voor de vangst van consumptievis, zoals b.v.
tong. Toch zien ze de verhoging van de
minimum-maat tot 27 cm als een stapje in de
goede richting. Voor de ingewijde biologen is
het vooral een kwestie van marktbescherming,
naast het visstand-beheer.
Cor van Heugten.
De complete Gids.
Er is van alles en nog wat geschreven over
de waterbouw in Nederland en zeker wat daarin
gebeurde in de 20ste eeuw. Maar bij mijn we
ten verscheen er nooit eerder zulk een konrplete
en zulk een compacte (maar toch overzichte
lijke) gids - die door en door betrouwbaar
lijkt - op dit ingewikkelde gebied (dat ons,
Nederlanders, blijft boeien) als juist d i t
boek.
Nu eens niet zomaar een uitgegroeid jeugd-
krantje van een lokaal uitgeverijtje, over de
Oosterscheldewerken, maar een alles
omvattend en alles-informerend overzicht van
de totale Deltawerken.
Plus wat vooraf ging.
Plus een negental blauwdrukken van vroe
gere plannen.
Plus ruime aandacht voor bestuurlijke
aspecten.
Plus de achtergronden en natuurlijk de
techniek.
Plus samenvattingen in zowel het Engels als
het Duits na ieder hoofdstuk.
Plus een schat aan schema's, tekeningen en
vele, vele foto's.
Het geheel, vóór het publiceren, kritisch be
keken door de Deltadienst (te Zierikzee) zelf.
(Omslag: schitterende infra-rode satelietfo-
to van het Deltagebied).
En dat alles, hoe onwaarschijnlijk het ook
zij, voor de onwaarschijnlijke prijs van slechts
27.50!
Onbegrijpelijk.
Niets dan lof voor de schrijvers en allen die
er aan meewerkten!
N.B. herhaaldelijk: alsmaar liever steeds al
maar, blz. 55 der tijd des tijds.
Ksem.
(op rijm gezet door een dorpse boer)
De Libelle, een bankstel,
maar vrijwel geen boeken.
Lieratuur moet je hier
maar niet zoeken.
Ze leven heel burgerlijk,
al zien ze dat niet.
Noemen zich 'middengroep',
doen quasi erudiet.
's Morgens rijdt hij
met de 'car' naar 't bureau,
naar z'n leidende functie
op hoog niveau.
Voert een bespreking
met de opperste chef,
heeft veel inbreng,
toont veel lef.
Mevrouw staat laat op,
want zij slaapt heel lang.
Dan de morgen-sherry
en de zonnebank.
Het werkstertje komt
om een uur of twee.
Die schuurt de gootsteen,
boent de w.c.
Half zeven dreunt
een autoportier.
Meneer is weer thuis
na een dag werkvertier.
Terwijl zij soest
bij t.v. en Libelle
zit hij in zijn kamer
stukken te spellen.
Een kalme nacht
zonder lijfelijk gedoe.
Want van dat gesex
wordt zij toch zo moe.
Ze speelt liever 's morgens
met zichzelf,
als ze lekker ligt
tot een uur of elf.
Daarna gaat weer alles
van voren af aan
in dat saaie 'betere' burgerbestaan.
Hij leeft voor 'kantoor' en
hun huis in de straat is
gehuurd symbool van
maatschap'lijke status,
in de buitenwijk
aan de rand van de stad,
vlak bij het park,
daar trimt hij soms wat.
Vaak is zij somber,
zou die stad willen geven
om in een dorp
simpel mens'lijk te leven.
Dan kruipt zij maar weer
met een zucht op de bank,
zoekt troost bij Libel',
en een glaasje drank.
Joris van Hoedekenskerke.
28