106
Is dit de vrucht van zoo veel strijds
Bekommring en gevaar
Doch 't wasof eene onzigtbre stem
Hem toelispt'Torst! bedaar!
Dit bekkeneel heeft meerder wigt
Dan al uw vorsllijk goud;
En twijfelt ge onderzoek en weeg
Of zulks de proef niet houdt.
En Alexander schoon bedeesd
Neemt d' eevnaar van den wand
En wil op heeter stond het zien
Beproefd met eigen hand.
Nu legt hij bekkeneel en goud
Ter weêrzij in de schaal
Maar 't eerste wint in zwaai-te 't ver!
Ligt dat aan goud het faal'
Dus denkt hij en vermeert het steeds
En stapelt schat bij schat
Doch zwaar en zwaarder werd de schaal
Die 't bekkeneel bevat.
Bij Jupiter zoo roept hij uit
En slaat zich in 't gezigt
Heeft dan dit walglijk overschot
Geeu enkel tegenwigt