Natuur en Waarheid uwe stem
Weergalmende in liet Rijk van 't Schoone
Zij slechts getrouiv gehoord door hem
Opdat uw hand zijn' schedel kroone
0 pocweesess begaafde twee
Wat kunstvak elk van U moog' kiezen
Dat hij zijn baan met roem betreë
Nooit moet hij 't regie pad verliezen
Dat naar de onsterflijkheid hem voert
Zoo wandelt gij gerust en veilig
En daar gij ons verrukt en roert
Blijft u Natuur en l'Naarheid heilig.
Sprokkelmaand
1836.
X. F. SIFFlÉ.
