•was eene werkzame rust. Hoe yeel lieeft hij nogo Zorg vliet in uwe aanvallige eenzaamheid gedacht en ge werkt! Hoe vele voortreffelijke gedichten vloeiden daar nog uit zijne pen die allen getuigen datmogt de hand des tijds zijn ligchaam hebben aangetast het vuur van zijnen geest nog met jongelingsgloed in hem brandde. Gij zelf, o Zorgvliethadt hiervan de spre kendste bewijzen Gij zijne schepping het werk zijner handen. Yroegerwas er niets van u te ziencats schonk u het aanwezen. In weerwil van spot en betweterij ontgon hij uwen schralen duingrond. Het onvruchtbare werd vruchtbaar. Welig tierden spoedig berk en olm en eik waar vroeger slechts de dorre helmplant stond te kwijnen. Aangename boschaadjen noodigden ras den wandelaar uit, om onder derzelver schaduwende bran dende stralen dor zon te ontvlugtenen in zoete mijme ring verzonken naar het zacht geruisch te hooren der beekjes, die door het duinwater gevormd werden. Hier vertoonde zich een rijk gestoffeerde diergaarde; daar was een lustig doolhof,de ingang naar eene met kunst gemaakte schulprots ginds bevonden zich met smaak aangelegde tuinen beladen met allerlei ooft ,rijk voor zien van eene menigte gewassen, en versierd met de schoonste en zeldzaamste bloemenzoo vele geschenken der Leidsche Hoogescliool. Maar was men moededoor bosschen en tuinen te dwalenop het open veld bevond zich een hooge groene heuvelde lievelingsplaats van

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1837 | | pagina 139