116 En met het raandel om zijn leên Gezwachteldblijk van zijn yictorie Rept hij zich naar zijn bodera heen; En luid verkondt het volk zijn' glorie En langs de Schelde roert de faam Met eerbied Letisb's daad en naam. Lang leer' de dappre(roept nu luid De VloolYoogd bij 't Wilhelmus schallen) Lang leer' de dappredie als buit Het Spaansche rendel neer deed rallen »En hem, die dit bedrijf bestaat, Omhang ik met dit eergewaad Middelburg A. C. J.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1838 | | pagina 194