128 en somwijlen, dat slot bowoondebinnen welks muren de glans van vroegeren luister haar nog boeide. Wan neer wij ons dus Jacoba met haren gemaal Bobselev op het slot Oostende verbeelden grijpt een zonderling gevoel ons aan. Dit slotin de dagen der grootheid van het Beijersche huis door dat van Henegouwen in welks regten het trad aan do Bobseles's ontnomen zag in de dagen der vernedering van dat zelfde huis weder eenen Borseleit binnen zijne muren, die, door liefde tot de ongelukkige Vorstentelg, edele wrake nam, en die,terwijl hij anderevoorregten van zijn geslacht prijs gaf aan den Bourgondiër echter als Heer en Meester werd erkend in dit vroeger eigendom zijner vaderen. Vijandschap en vete hadden hier vroeger een bolwerk gevondenthans was het eene schuilplaats voor de liefde. Men had uit wrake om hetzelve weleer alles op het spel gezeten nu offerde de liefde alles opom het in vrede te bezitten. Bij de gedachte aan de vergankelijkheid ook van Vorstengrootheidboeit echter dit vreedzaam tooneel meer hart en zinnen dan de bloedtooneelenwaarvan het vroeger getuige was. Door de familie der heeren vai deb Goes is het slot in 1747 verkocht aan den Baad van State om tot een militair hospitaal gebruikt te wordenen in 1748 (na den vrede van Aken) door den Stedelijken Raad van Goes voor den 100.en penning overgenomenen door dezen verkocht tot afbraakdaar de eerwaardige oudheid geene

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1838 | | pagina 206