fis I nr I TirTTr: MIDDERNACHT. fs Ja het is mij naamloos zoet Als ontrukt aan aardsch gewemel t Schittrend schoon van aard en hemel Wij Gods magt bewond'ren doet. Als de Zon in al haar pracht De aarde koestrend met haar stralen Vreugde en zegen neer doet dalen Na den kouden winternacht,- Of als Iris schoon en teer Mij in lieflijk kleur schakeeren 't Alvermogen doet vereeren Van der scheps'len Opperheer t Als de donder rolt met klem En de felle bliksemschichten Die het duist're zwerk verlichten De eer verkondigen van Hem

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1838 | | pagina 258