dezen griflbrief Tan Hendrik II schijnen de graven ran
Ylaanderen do vijf Zeeuwsche eilanden Walcheren
ÏI. en Z. HevelandWolfaartsdijk en Borselen te hebben
overheerd len minste toen Robertde Fries bijgenaamd,
zoon van Boudewijn V van Ylaanderendoor zijne
geboorte van het Graafschap uitgeslotenin Holland
gedurende de onmondigheid van Dirk hel gezag zocht te
beinagtigenen er aan deze geschillen een einde gemaakt
was door het huwelijk van Robert en vrouwe Geertruid
van Saxen voogdes van den jongen graaf van Holland
werd aan hem het bewind over Zeeland Bewesterschelde
afgestaan. (28) Tot den tijd van Floris III meldt de
geschiedenis ons geene twisten om het bezit van Zeeland
maar toen deze graaf eenen tol te Geervliet heffen liet
waarmede de Vlamingers niet te vreden warenen
Filips Igraaf van Vlaanderen hem daarvoor gestraft
had, door de overrompeling en verwoesting van het land
van Waas, ontvlamde ook de wraakzucht van Floris,
die in 1165 den Vlamingen den oorlog aandeed onge
lukkiglijk krijg voerde en bij een vredeverdragin 1168
geteekendvan den graaf van Vlaanderen onder andoren
de Zecuwsche eilanden in leen verklaarde te hebben
ontvangen. Reeds zijn opvolger, Dirk VII,poogde zich
weder van deze leenroerigheid te ontslaan en had het
geluk de Vlamingen in 1195 uit Walcheren te verdrijven
en te noodzaken Zeeland te ruimen. (29) Dit alles even
wel maakte in den stand van zaken weinig verschil;