De afwezigheid ran Jan van Avennes werd door som migen beschouwd als een middel, waarvan hij zich bediende om de verdenking van zich af te weren als of bij zich mede schuldig had gemaakt aan den dood van giaaf Jan I, waarvan hij door sommigen is beticht; maar, daar hieromtrent geen schijn van zekerheid be staat wettigt niets deze gruwzame verdenking, evenmin a s die waaronder hij mede gebukt ging van mede gewerkt te hebben tot den dood van Wolfaart van Bor- selen die wel zijn vijand was, maar wiens wreedaardig omkomen wij hem niet mogen wijtenwanneer wij z.jn karakter eemgermale in aanmerking nemen. Na den dood van Jan Ikwam hij ijlings iu het Taderland en daar deze kinderloos gestorven was, vond hij de Hollandsche steden en edelen bereid om hem als opvol ger van denzelven, onder den naam van Jan II, te hul digen, zoodat nu de graafschappen Holland en Zeeland, sinls vier eeuwendoor graven uit het Hollandsche stam huis geregeerd, onder het lmis van Henegouwen kwam. Reeds toen Jan van Avennes nog slechts Graaf van Henegouwen en voogd van den overleden Hollandschen Graaf was, had Jan van Renesseuil den vreemde terug gekeerd niets onbeproefd gelaten, om de gelegenheid te bekomen zich ten aanzien van de vuile kladde hem door van Borsclen en diens medestanders aangewreven volkomen te regtvaardigen en nu hij aan het hoofd der zaken stond was hem niets dringenders te doen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1839 | | pagina 140