72
yindt. Die der Brederodes heb ik niet kunnen raadplegen
maar die der Renesses bij Hoogstraten maakt er melding van,
Zie Oudheden p. 39 en Hoogstraten 1.1.
(39) Holl. Kronijk, dl. XIX: cap. 20.
(40) Zie over dezen strijd Melis Stoke B. IV, vs. 900-988.
Wagenaardl. IIIbi. 52. Hoogstraten 1.1. en Oudheden
en Gestichten van Zeeland, Inleid. bl. 41-43.
(41) Zie Wagenaar, 1.1. p. 62 en de noot.
Als redenen van de verkoeling der vriendschap tussehen Floris
en Eduard worden verder opgegevenl.°dat de eerste bij de
mededinging naar den troon van Engeland dien niet verkreeg;
2.0 dat de Graaf den Koning onderstand weigerde tegen de Vla-
mingers3.» dat later Eduard den wolhandel van Dordrecht naar
Brugge en Megchelen verplaatste en 4." de boven opgegevene,
die wel de voornaamste zal geweest zijn. Melis Stoke B. 4,
vs. 1034-1054.
(42) Zie Wagenaar, dl. III, p. 71 en Cerisier, vol. I,p.331
(43) Zie Melis Stoke, B. IV, vs. 1235-1246.
(44) Huydecoper en Melis Stoke, ad B. IV, vs. 235.
(45) Melis Stoke in B. VIII, vs. 213.
(46) Idem, B. X, vs. 247 en volg. tot 260.
(47) Zie over Wolfert van Borselen, Wagenaar, dl. III, p. 50
en 67. Kok, Vaderl. Woord., in voce.— Huidecoper op Melis
Stoke dl. IV vs. 1330 en 1538. Verh. van J. Koning e»
Witsen Geysbeek Apollineum 2 dl.bl. 11-14.
(48) Over dezen zie men Meyerus Annal. Flandriae ad annum
1279. Wagenaardl. III, p. 181. Melis Stoke, in Jan II
vs. 781-795 en B Vvs. 557. Cerisier Ip. 384. Schotonui
Friesche historie bl. 163.
(49) Wagenaar, dl. III, bl, 87.