AAft HAAR f WVtvHAVlWllVi\A.\1\l Ik keu een aardig meisje 't Is teedcr, lief en zacht, En waar ge 't moogt ontmoeten Nooit ziet go 'tof zij lacht. O 't is zoo 'n aardig meisje Zij telt pas achttien jaar Is vol en rond van wezon Dat is liet beeld van haar. Bruin zijn haar vricndlijke oogjes; Haar rozenmondje is klein; Bevallig haar manieren En 't harte vlekloos rein. Haar wel besneden] voetje Laat niets te wcnschen na Haar rijzige gestalte Omzweeft mij waar ik ga.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1840 | | pagina 180