112
zins zijn geest te leeren kennen sta hier het slot dier
verhandeling
«Jiultig te zijn was mijn oogmerk, en zoo het mij
«gelukken mag, daarin te slagen, ben ik genoeg be-
«loond. Ik heb gcene bedoeling gehad om te schitteren:
«maar om mijne grondregelen, bij ondervinding op-
gezamelden door oefening beschaafd, in dier voege
«mede te deelen dat de eenvoudigste dijkwerker die
begrijpen kan.» Dit laatste waarvan de verhandeling
ten getuige verstrektzal wel niet de minste aanbeveling
van dezelve wezen en zoo kon ook zijn schrijven alge
meen nuttig zijn. Dit zocht hij ook steeds in do uit
oefening van zijnen post voor oogen te houden en daarom
schreef hij heigeen hierbij in aanmerking mag gebragt
wordenaan zijnen vr iend vak des houtej* (30aug. 1807),
«dat hij steeds arbeidde aan de vervulling van zijnen
lang gekocslerdcn wensch om namelijk Zeeuwen aan
to kweeken die zich toeleiddcn om hun land tegen de
Zco te defenderen hetwelk welvaren in do provintie
en in tijd van nood krachtigen steun zou geven. Toon
moest iedere provintie nog voor eigen defensie zorgen,
en daarom was het van belang, dal er in dit opzigt een
provincialisme bestond
De andere verhandeling heeft ten onderwerp: desuatie
van Walcheren waarin hij zich bepaaltnaar aanleiding
der vraag: 1." tot eene opgave der oorzaken waaruit
do belemmeringen in de uilloozing des land waters uit