126 Voor wij Tan het onderhoud tusschen napoleon, lijnen Raad en schbateis afscheid neinen, waarran de behandeling des hoofdonderwerps is medegedeeld, moeten wij nog éénen eigerjaardigen trek Termeiden. ScnnATER gebruikte bij zijne werkzaamheden op kaar ten en aflcekeningen eencu zilveren Teldpasser, dien hij, tijdens het verblijf der Engelschen op Walcheren, van eeuen Engelschen Ingenieur ten geschenke ontvan gen had, en waarop zulks was uitgedrukt. De Keizer, dien passer toevallig in de hand nemende en beziende, zeide hem hude Engelschen zijn uwe vrienden! waarop onze Zeeuw hem vrijmoedig antwoordde: In de kunst ken ik geen vriend of vijand en maak ik geen onderscheid tusschen natiën.Napoleon, die meer malen ondervonden had dat de Zeeuwen zijn afschei- dingsslelsel niet overdreven hield zich met dit antwoord te vrede en liet den man voortwerken die ook voor den Wereldgebieder toondedat hij gceno personen, maar zijn land wilde dienen. Uit dit antwoord van schkaver ziet men wat overigens altijd zijn gedrag bewees, dat hij geen vriend van zoogenaamde complimenten was en een afkeer had,om door dezelve iets te verkrijgen, waarop alleen verdiensten aanspraak hebben: wij von den in zijne blieven daaromtrent de volgende naïve zinsnede, bij de aanbeveling zijns zoons aan den heer blanken Gij kent de wereld en deszelfs oneindige klassen van kruipende dansende vliegende bewoners en hoe

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1840 | | pagina 248