134 vuurtoren die in Let jaar 1744 tot den grond toe afgebrand zijnde, als toen vervangen werd door do vuurhaarden vuurboeten genoemd (van het boeten of bijstoken des vuurs), welke lot biertoe in de lange winternachten tot verkenning van Schouwen hebben gediend. Behalve dat inen,door het terugtreden van het strand, deze vuurhaarden reeds meermalen heeft moeten achterwaarts halen, zoo was ook overigens deze wijze van Kustverlichling zeer gebrekkig en stond te veel achter bij de voortreffelijke inriglingen langs onze kusten, b. v. op Terschelling IT'eslkappelGoedereede en elders dan dat zulks de aandacht van de Regering niet zou hebben getrokken .inzonderheid uit hoofde van hel hoogo belang, hetwelk do zeevaart heeft bij eene juiste ver kenning dezer kust bij het binnenkomen der zeegaten in dezen omtrek Wij kunnen niet zeggen in hoe verre het gerucht waarheid heeft behelsd dat men er aan zou gedacht hebben om den voorgenomen lichttoren als nationaal gedenkteeken tcreerc van den heldhafligcn va» sreijK niet te Egmondmaar hier te plaatsen. Zeeland cn bepaaldelijk Schouwenzou die onderschei dende eer ongetwijfeld op den hoogslcn prijs hebben gesteld. Hoe hel zij het plan om de gebrekkige steen- kolenvuren door ccncn kapitalen Kustlichltorenvan een lamplicht voorzien te doen vervangen kwam tot rijpheid, zoodat Z E de Yice-Admiraal A. c. twïjt Ridder der orde van don Nederlaudschcn Leeuw en

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1840 | | pagina 258