4.
73
radicaal aan de door Kemper vooruitgeziene Aristocra
tiewelke hiervan alleen do voordeden genoot: en zoo
>s in omgekeerde orde hetzelfde, wat vroeger hierdoor
geschiedde, verwezenlijkt en legen don wil maar toch
door de schuld der provinciale Aristocratie is de Souve-
reino veerkracht verlamd en een heilige band vooreen
oogeublik verslapt. Een iegelijk zal hierbij vereerende
uitzonderingen maken, en thans ook zelfs bij het behoud
van helzellde stelsel in onze grondwet, zich verheugen
over wijzigingen en verkiezingen, waardoor hoop wordt
gegeven dal de provinciale vertegenwoordiging de be
langen der gewesten en des lands gelijkelijk voorstaan
en den band tusschen Vorst en volk, tusschcn bestuur
en onderdaan innig maken zal. Mogten daarom alle leden
van provincialecollegien het algemeen belang bedoelen en
provincialisme niet vermengen met egoisme. Intusschcu
moeten wij hierbij opmerken dat Kemper, hoezeer hij
een voorstander vaneen geheel nieuw stelsel wasechter
dat gene niet wilde vernietigen hetwelk facto bestond.
Wllde <l° Jlisto™<* en geographisch gevestigde ge
westen met wegnemen. Hij wilde de provinciale auto
riteiten slechts administratief doen zijn, en ze in het
huisselijk beheer grootere ruimte toestaan dan zij onder
o Fransche ovcrheersching hadden. Ziet daar hetgeen
ook nog geschieden kanen waardoor zuiver provincia
lisme een werkkring vindt, om de bijzondere belangen
der provinciën onbelemmerd zoo te behartigen dat liiér-