132
bezorgd door de welwillende zorg Tan onzen verdienste
lijken landgenoot D.r H. A. Callehfels. Het is de af
beelding van Willek Beckelsz, te Biervliet geboren,
doch Tan wien wij, buiten de uitvinding, door welke
bij zijnon naaui beeft vereeuwigd, alleen weten, gelijk
op het Kerkglas staatdat hij in bet jaar 1397 gestorven is.
En mij dunkt, wij mogen op die schildering die mis
schien naar eene nog oudere is genomen, ons wel ver
laten. Het is alzoo een verkeerd berigt, of misschien ook
slechts eene drukfout, dat Martikbt in zijne Katechismus
der Natuur het jaar 1347 als het sterfjaar van Beckelsz
noemt. En evenzeer is het eene misstelling, wanneer an
deren zijne uitvinding op de jaren 1416 of 1447 plaatsen.
Deze uitvinding is in de gevolgen voor ons Vaderland
allergewigtigst geworden omdat zij de grond is van een
tak van nijverheid, die millioenon schats in Nederland
heeft gebragten Hollands goudmijn plagt te heeten.
Beckelsz namelijk, gelijk men weet, vond het haring
kaken uit. Men kende ongetwijfeld wel vroeger de kunst
om den haring door inzouten tegen het bederf Ie bewaren
maar deze kunst werd door onzen Zeeuw zoo geheel ver
anderd en verbeterd dat zij met regt den naam eener
nieuwe uitvinding dragen mag. Want Beukelsz leerde
eens den haring in zee aanstonds na het vangen van de
grom te ontdoenen zoodanig intezouten en in tonnen
te pakkendat hij ver boven den verschen te verkiezen
is en eene gezonde lekkernij wordt. Wanneer men terug