meeae Staten, vau den 2 Dec. 1668, over de zaak van do Oudeman genomenwerden de Hoog Bailjuw Burgemeesteren en Schepenen van den Vrije gemag- ligd uit don naam en vail wege Hun Hoog Mog.bij openbare afkondiging, aan die genen, welke eenige der handdadigers van 't gepleegde schelmstuk zoudeu welen aantewijzen zoodanig dat dezelve in hechtenis en in handen van het geregt kwamen, te belooven eeue som van 1000 rijksdaalders voor ieder van de «booswichten, en dat deze premien ook werkelijk bij Hun Hoog Mog zoudeu worden voldaan, alzoo dezelve deze zaak ten hoogsten ter harte namen Voorts gaf dit feil ook aanleiding ,dat de plakkaten en verordenin gen tegen de Roomsehgezinden strenger werden gehand haafd en uitgevoerd dan vroeger vermits de Staten maar al te zeer vreesden, «dat do moedwilügerstot deze heiligschennis en barbaarsche wreedheid door eenige van de Fausselijkeu genaamd de geestelijkheid, en andere bittere Roomsehgezinden, daaromtrent waren «opgezet geworden. (3) Zietdaar, lezers! een en ander van deze misdaad, welke gij voorzeker ook afschuwelijk vinden zult. Maarthans vraagt gij gewis: hoe staat dit alles nu in verband met het opschrift boven dit opstel? Laat mij u mogen rnede- deelen dal deze verfoeijelij ke daad aanleiding gaf tot het ontstaan van mijn dorpje. De hervormde bewoners van het meergemelde eiland toch, dachten er even zoo

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1846 | | pagina 138