167
8.
de gewesten. Wij zullen thans niet gewagen Tan hunne
le"i begrippen OTer burgerlijke en godsdienstige vrijheid,
selfs die getuigen, welk standpunt zij reeds hadden, en wat zij
la8' zochten. Wij zullen niet uitweiden over hunne roemrijke
sten krijgsbedrijven, om aantewijzen hoe niet alleen hun
n8': moed, maar ook hunne vorderingen in de krijgskunde
en het bestuur van het zeewezen vooralhuneene meer-
derheid boven hunne vijanden gaven waarvoor dezen
met al hunne hulpmiddelen moesten onderdoen. In onze
doorhet Zeeuwschgenootschap beoordeelde verhandeling,
over het aandeel der Zeeuwen aan de bevrijding des
uw- Vaderlands van het Spaansche jukwelke eerstdaags
ooi in druk verschijnen zalhebben wij dit in 't licht zoe-
b®- ken te'stellen. Wij willen in dit stukje slechts nog kor
ren lelijk herinnerenhoe de Zeeuwen onder de schijnbaar
en ongunstigste omstandighedenen menigmaal in eenen
sou allerbenardsleu toestand vooruit gegaan zijn, om hunne
old stoffelijke belangen te behartigen, nieuwe bronnen van
ht. welvaart te openen, en daaruit het meeste voordeel te
l8l' trekken. Ook hiervoor zal men in onze genoemde ver-
>"d handeling de bewijzen vinden. Eene enkele aanwijzing
18' moge dan hier volstaan.
[en Toen de Ylissingersals de eerste van alle Wederland-
eu sche burgerijen, tegen Alva in opstand gekomen waren
na vooral ook wegens zijne onregtmatige en voor den han-
®r- del drukkende maatregelen die om de willekeurige en
|bo wreede wijze, waarop hij die trachtte doortezettenver-