193 lien Nederlandsche Letterkunde bekend js, en zoolang het and stra-rijdcn het geluk niet heeftde intrigue of ecu hoofd zee, stuk yau eenen opgang makenden historischen Roman rein te worden, of ook de poëzij (iets anders dan verzen maken) verheerlijkt te worden, even zoolang zal-het paarden getrappel en jonglingsgeschater aan degansche wereld on bekend blijven uitgenomen den Schouwenaaren Zeeuw- sche-Alinanaklezor. Eu toch is er iets bekoorlijks in dat win zee gaan,» hetzij te voet of te paard of te kar. Toen een wandeling naar Repart en het drinken van eene kruik bier of een kop thee in het tentje, op de oostelijke punt dier kleine baai gebouwd, en waar men land en zee iu een overheerlijk gezigt heeft, nog tot de uitspanningen van mij met echtgenoot en kinderen be hoorden beschouwden de laatsteu dit niet alleen ver makelijk, omdat zij doeken voorschoten zakken mand jes, relictdes ca alles wat maar vulbaar was met fraaije schelpjeu vullen moglen, maar ook omdat de goede moeder gaarne de inschikkelijkheid had, schoenen en kousen hun uitletrekken opdat zij eens regt lekker» in het niel water mogten ioopen en nog zie ik den handdoek bij spec! voorraad door de zorgvuldige moeder medegenomen de bevallige beentjens en voeljens afdroogendeen daarna uitgespreid op het zand den kleinen tot laatste voer- middcl dienendeom toch geen mooi schulpjen te laten liggen. ter tlt Die het vermakelijke van met de kar in het zeewater

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1846 | | pagina 279