139 turen van Dreischor als eene naald uit den achter grond der beemden, en ziet men onmiddehjk aan den voet des heuvels, slechts door den straatweg daarvan afgescheiden, de twee scheepstimmerwerven, die sedert eenige jaren eene schaduw herroepen dei vroegere welvaart, toen talrijke visch- en handel schepen daar als in een veilig dok lagenen het gezigt beperkt werd door eene menigte zouUeeten die de taak op zich namen, opvolgers te zijn, 111 het verschaffen aan het grijze Zierikzee van eene welvaartsbron, waaraan deze heuvelklassiuke grond voor die stad, zijn bestaan was veischuldigd. Oirschot. H. M. C. VAN OOST ER ZEE.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1847 | | pagina 247