93. in de Latijnsche taal Op de vroeger genoemde lijst van Avondmaalgangers komt hij voor als ver trokken naar Rotterdam. Eene inaand na zijne be noeming werd er een conrectoreen jaar latei- een derde meester aangesteld2, doch hunne na men staan niet opgeteekend en het zou te ge waagd zijn eenen henricus wijffringius of jaco bus gruterus die als conrectoren of eenen petrus VAN LEEUWEN of SIMON ADRIAEN TERRIER die als praeceptoren op de lijst der Avondmaalgangers staan aangeteekendbij gemis aan iedere aandui ding nopens den lijd, waarin'zij te Goes als zoo danig werkzaam warenals ambtgenooten van beekman op te geven. Mogt beekman tot aan het jaar 1655 te Goes verbleven zijn, dan heeft bij nog PETRUS SURENDONK, dien wij later onder de rectoren terug zullen vinden, als conrector, en vermoedelijk salomo paludanus als derden meester aan zijne zijde gehad3. 1. Zie IIE LA EDE, t. a. p. bladz. 8, en vbolikhert bladz. 356 verg. 339. 2. Zie da Kleine Notulen 8 Mei 164G en 13 Maart 1647. 3: Het besluit, waarbij SUREKDOKK tot conrector benoemd werd, is van 23 April 1655. Zie t. a. p. op dien datum. Het besluit tot de benoeming van eenen derden meester van 5 Febr. desz. jaars (aid.), terwijl bij eene resolutie van 18 Jul ij 1657, de genoemde palddasus, derde mees ter gedimitteerd werd. Of hij dezelfde is die op de ge noemde lijst als naar Rotterdam vertrokken voorkomt is niet zeker.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1849 | | pagina 119