150. schreven alseen zeer schoon speelhofmet schuren, keeten, boomgaarden, jagt, visscherij en vogelerij." - Er waren tienden aan verbon den die in leen gehouden werden van de grafe lijkheid van Zeeland ten relieve ofte heergeway van xx schell. eens als se verstervenen eene jaarlykse pensie van één schell. zeven grooten vl,; behalve xxxix schell. vier grooten 's jaars aan de Heeren van Oud Munster te Utrecht." Het huis zelf la in eenen afgezonderden blok groot 22 gem. 98 roedengeheel beplantterwijl vol gens eene latere opgave van den rentmeester des Brugschen bisschops, de geheele bezitting van de abdij ter Docstdaar was geweest op Wijf/liet 360 gemeten in Kloetinge 77 gemeten. Op zulk eene uitgestrektheid gronds1kon een fraaije uithof" onderhouden worden; en op zulk een uithof kon ook de vertegenwoordiger der abdij een goed leven hebben en zich op gelijke lijn plaatsen met den commandeur van het St. Jans hof onder Wemeldingen, de kanunniken onder Ka palle en de abdis der jonkvrouwen van Biezelinge. Voor gemakkelijke toenadering was ook zoo wel gezorgd als voor huiselijke gemakken; want van 1. Volgens de steeurollen yan dien tijd was geheel Kat- tendijke slechts 936 gemeten groot. Tot Monsterkoek be hoorde dus meer dan j er van. s

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1849 | | pagina 176