182.
eene predikatie gedaan werd ter voorbereiding van
de gemoederen van hen die het beroep doen moes
ten. Niet ongepast was de tekst: Matth. IX: 37
en 38De oogst is grootmaar de arbeiders zijn
weinigen. B 'ul dan den Hoer des oogstesdat hij
arbeiders in zijnen oogst uitstoote. Tot voorberei
ding van de gemoederen" zou 1 Cor. XIV40
misschien niet minder doelmatig geweest zijn. Van
zulke predikatiën voor eene beroeping zijn mij el
ders geene voorbeelden voorgekomen.
Men rekent tegenwoordig een' predikant geheel
vrij in zijne keuze, of bij eene hem aangebodene
beroeping al dan niet zal aannemen. En men is
althans niet gewoonte doen zoo als men zich
ten aanzien van den naar Steenbergen beroepen
predikant stephancs vay in 1654 veroorloofde,
wien men bij zijne demissie rekenschap vroeg
van de redenen om welke hij die beroeping had
aangenomen1.
Van het naar onze begrippen minder kiesche
om vele redenen afkeuring verdienende en daarom
te regt bij de tegenwoordige kerkinrigting geheel
afgeschafte nominatie-predikenvindt men hier en
daar nog verscheidene sporen. Reeds vroeg schij
nen er toch predikanten geweest te zijndie er
het minder voegzame van begrepen. Toen er in
1662 eene vakature was ontstaan door het over-
1. Hand. 21 Octob. 1654.