252.
volkplantingen nog eenen uitweg bezaten voor alle
overbevolking door vreemdelingen, en de schrijver
zegt (bl. 34)dat zij van denzelventer verzending
en verzorging tevens van vele emigranten, een gepast
gebruik maaktenis niet moeijelijk te bewijzen."
Ten bewijze dat de Fransche of' Waalsche ge-
meenten in Zeeland steeds vooruit gingengeeft
de schrijver een kort overzigt in 13. In het mid
den der 17d« eeuw waren er zes zuiver Waalsche
gemeenten en vier Fransch-Duitscheterwijl ten
tijde der Dordsche synode slechts de helft daarvan
bestond. De schrijver besluit het eerste gedeelte
van zijn werk met eene uit een zetting en verdedi
ging van bet besluit van 7 April 1682 van de
Staten van Zeelandwaarin sommigen de strek
king meenen te zien tot vernietiging der Waalsche
gemeenten in Zeeland of een bewijs voor den ach
teruitgang derzelve. Dr. wijst aan wat aanleiding
tot dit besluit gegeven heeft, namelijk schrikke
lijke verwoestingenveroorzaakt door den storm
vloed van 26 Jan. 1632, waardoor schier geheel
Zeeland jammerlijk was geteisterd. Dien ten ge
volge moest men bezuinigenen wel op eenige
politycke en ecclesiastijcke bedieningen. Men besloot
er toe met eenparige stemmen, en het blijkt, dat
ineu het deed met stipte onpartijdigheid. Zoowel
de Nederduitsche als de Waalsche gemeenten
werden voor een tijd getroffendoch al spoedig