60. te gaan maar syn dool daer tussen komende is dit n achtergebleven. Gelijk mede het voornemen was mel een tweede deel van dese Cronyk hierop te laten besi volgen 't welk over eendje jaren al meest besclmnen ven ligt. Daer sonde men gesien hebben de His- ^gg torien Geschiedenissen en bedryven onser Lands- lieden uit de Oudheden opgehaald, en voorts ver- „jt volgt tot op dese tegenwoordige tijden enz." ()j- r Vervolgens deelt hij eene beknopte schets mede vjnc van de geschiedenis van Zeeland(waarin onder scju veel verkeerds echter eenige belangrijke wenken ^Qe voorkomen)1 en eindigt dit Besluit aldus Alle dese saken had ik gemeend ten besten 1- van onse Landslieden wydloopig uyt te breiden, 2 met alle de swaere en langdurige Oorlogen ter het Zee en te Lande tot desen dach toe gevoerd wan- ond« neer de machtige hand Gods sich menigmaal open- baerlijk in onse swakheit betoont heeftdie wf met hert en ziel bidden ons vorder te willen hel er e pen beschermen en bewaren tot grootmaking van "iet synen eeuwigen lieerlyken naamd' Algemeene lu'8' Welstanten onser Zielen saligheidmaar mynt ongelukken en menigvuldige tegenspoeden hebben mij yesc, hierin verhindert, doch ik hoop dat mijn goedt is de wil en genegenheit om den naesten te dienen eenig sins sal vernoegen. Vaer wel." Ver ds. s 1. Uit het slot hiervan blijkt, dat dit Besluit geschre- blijk ven is na den dood van willem m en dus na 19 Maart 1702, gesc

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1849 | | pagina 86