91 ken van Priestermeeten de helft van den dijk tus- schen Poortvliet en Nieuwstrijenwant de jurisdictie op de overige verkochte behoort zekerlijk aan het ambacht (zie hoven) d. de aanwassen buiten- en binnendijks. Poort vliet, aan drie zijden door andere ambachten om ringd, heeft geen regt op eenige aanwassen daar ter plaatse, dus alleen op eenige gorsen ten noor den tusschen die van St. Annaland en Vrijbergen tot aan de Krabbekreek toe inschietende. De aan wassen binnendijks schijnen mede weinig voordee- len te beloven: in welk stuk van geen geringen in vloed is te weten in hoever de Heer van Poort vliet in het bezit der uitgeslagen landen is, welke partijen veelal door de polder-directien ten onregte zijn ingenomenen e. herdijlcingingeval de gelanden binnen jaar en dag het ingevloeide niet wederom toesluiten. Een hard en ongehoord regtzoo spreken diegenen welke de Zeeuwsche gewoonten niet kennenof wel meer willen hebbendan hun inderdaad toekomt. Om dat in Zeeland alleen de arvede baatgevende oppervlakte der landenden gelandenen de grond de bodemop welke de arve rustden ambachts heer toebehoortzoo heeft men altijd geoordeeld dat wanneer landen jaar en dag gedreven had-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 103