143 baar bleef. Beide deze klippen heeft Zeeland in het oog gehoudenzoo als uit de volgende proeven blijken zal. In het algemeen namen Zeelands Staten tot begin sel aan dat men zich door geene protestatien der Fransche ambassadeurs moest laten weerhouden om den vredeshandel met Spanje voort te zet- tenopdat het welzijn des lands niet aan de staatkunde van dat rijk wierd opgeofferd. Doch even zeer nam men als beginsel aan dat het niet moest vergeten wordenwat deze bondgenoot sedert jaren voor den lande geweest waswaar- om men wilde dat geen finaal of reëel traktaat als parie passie met Frankrijk, zou gesloten wor- den." Hoe Zeeland aan beide deze beginselen is getrouw gebleven zal nu nader blijken. Toen in het jaar 1646 de vredeshandelingen tusschen Spanje en onze gewesten aanmerkelijk gevorderd waren, werd de boven aangeduide Li- gue Guarantie door onzen bondgenoot aldus uit gelegd(Notulen 1646 p. 361) dat bijaldien Spanje, na het sluiten des vredes misnoegen aan Frank rijk gaf, de Yereenigde Gewesten verpligt zouden zijn met dit rijk gemeene zaak te maken. Zeelands Staten wilden deze voor den lande hoogst bedenke lijke uitlegging rondelijk weersproken hebben (Not.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 159