160 verhopende alsdan betere occasie te zullen hebben om ons gedisarmeerd en zorgeloos en verzoet zijnde op de rustonvoorziens te overvallen." En zij meenden 2°., dat Spanje hiertoe wel altijd de gele genheid zou weten te vindendoor eene Jesuitische uitlegging van het vredesverdrag 1Te dezen aan zien is hunne volgende verklaring merkwaardig vermitszeggen zijde mentale rescroatiedie men weet daar ten liove gebruikt te worden, en dat niet dan al te kennelijk is de leer van hare Doctoren dicteerende niet alleen in generale termendat men den Rebellen en Ketterschen geen geloof mag houdenmaar ook in specie dat alle vrede mag verworpen wordenals zij de Catholique leer of goede zeden eenigzins schade- lijk isen dat men den eed daarop gedaan niet alleen vermag maar ook behoort te breken." Tei'wijl zulke inzigten en bedoelingenop grond van vroegere ondervindingbij den vijand veron dersteld werden, vreesde men, dat dezelve inwen dig in den lande al te veel begunstiging vinden zou denzoo de vrede tot stand kwam. Te bedenke lijker was de gevreesde zorgeloosheid en het ver val der militaire discipline te achtendaar men 1. equo ne credite Teucri, penning van 1608. V. O.)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 176