6 meetGast-elle EllewoutsdijkHellegat enz. 2°. Door eenige weinige verhalen, uit de Anglo- Saxische gelijktijdige Chronijkschrijverswelke, wan neer zij de overtogten naar het vasteland vermel den, hunne verhalen inrigten met zoodanige be woordingen dat men voelen en tasten kandat er bijvoorb. om uit Engeland te Gentthans 4 uren landwaards in gelegente komenalleen de zee diende overgevaren te wordenzonder dat eenig tusschen beide liggend land moest vermeden of aan gedaan worden. 3°. Dat de scheepsreeden of legplaatsen der schepen in het Anglo-Saxisch Rooden (verbas terd in Roosen) 1 genoemdalleen gevonden wor den aan en tegen de randen of oevers van liet oude land van Holland, Braband en Vlaanderen, als: Roosenburg RhoonPoortugaleRoovaartRosen- dalRoseveldPoortvliet, RoodemoerRoohuizen 1. In Roosende onkunde heeft deze Rooden voor vel den met Roosen aangezien, zie 't wapen van Rosenburyen Rosendal. Denkelijk is dit verkeerd begrip hieruit voort gekomen omdat men Rooden van het Grieksche Rodon een roosin plaats van het Anglo-Saxisch Roden in het Fransch Rade, en in het Nederduitsch Reede, de ligplaats der schepenheeft afgeleid en dienvolgens overgezet. Andere hebben gedacht aan roode steenen. Zie de gemeene gedachte aangaande de naam van de stad Rodenburgthans Aardenburg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 18