240 zal de magistraat gerust in dien tijd hebben kun nen doen, toen de Roomscli Katholijke godsdienst in den lande niet werd geduld, en zij, die er aan gehecht bleven in het eiland Tholennaauwelijks hunne godsdienst mogten gaan waarnemen te Hal steren, in het naburig Noord-Braband1 want, het ligt niet in den aard van Romeooit den strijd op te geven het tracht zoolang mogelijk zich staande te houden, en door alle middelen en langs alle we gen haar doel te bereiken. En, wanneer de ma gistraat van St. Maartensdijk in 1623 bedacht was op de ontbinding van het St. Jacobs gilde, omdat de Pauselicke religie by hetselve gestigt werd, en het dagelicx meer persooncn thaerder devotie socht te brengendoor het hebben van sulcke ofte dier- gelicke maeltydenkunnen wij dan wel anders denken dan aan de gewone taktiek van Rome; dringt zich dan niet het vermoeden aan ons opdat gemelde regering ook hierom de broederschap van vSt. Jacob zal hebben willen afschaffen, dewijl zij zag, dat die confrérie destijds nog nadeelig werkte voor het geloof harer onderzaten, en dat inzonder heid die bijeenkomsten en maaltijden der confrèren- ten, tot lokaas dienen moesten, om sommigen weer 1. Ekmeeins Beschrijving van het eiland Tholen, bl. 32.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 258