13
leen, hoeken of bevangen, wegen, dijken en waters
welke die natuurlijke ligging en opkomst zoo duide
lijk als de heldere dag aan den liemel schijnt aan-
toonenen hiertoe geeft Poortvliet een voorbeeld
aan de handover welks duidelijkheid men versteld
staat, zoo als het vervolg en bijgevoegd kaartje,
gebaseerd op de kaart van hattinga zal aantoonen.
Waimeer men de heerlijkheid van Poortvliet
afgezonderd van Malland, Guiveele enz. in latere
bijgekomen gedeeltenonderscheiden in twee hoofd-
deelende Polder van Poortvliet of Oud Poortvliet
en de Poortvlietsche welhoeken, gelijk op de kaart
van hattinga plaats heeft, vergeleken ermerins
oudh. van Poortvliet bl. 64en verder elk deel der
twee gemelde hoofddeelen in hoekenvolgens 's lands
kaart van Mr. gideon heiling verdeeld, met een
opmerkzaam en Zeeuwsch oog1 beschouwtzoo kan
men volgens goede gronden opmakendat die heer
lijkheid op de navolgende wijs uit de zee moet op
gekomen en gewoekerd zijn. Namelijk dat ten op-
zigte van de Poortvlietsche polder, de hoek of zoo
genaamde werf, in welke het dorp en de zoogenaam
de vliedheuvel gevonden wordt, onder de opkomen-
1. Door een Zeeuwsch oog versta ik een oog, dagelijks
aan voorvallende indijkingenen aan geen oud vastland ge
wend.