244 den de tafel des Heeren en de tafel der duyvelen1, soo heeft den kerkeraet goetgedacht, zulke lede- maeten de gemeynte aen te dienen dat sy haer soodanige vergaderynge souden onthoudenoft dat sy andersints souden absenteren van het ge- bruik des H. Avondmaels des HeerenDen 9 april 1640, werd een lid der gemeente gedaagd voor den kerkeraad, overdien hy hem zeiven heeft begeven in St. Jacobs gildealwaer hy segt pro- fessie gedaen te hebben, en in bedenkinge heeft genomenwelke van beide tafelen hy zou- de verlaten oft aanhangende tafel des Heeren Christi, ofte de tafel van St. Jacops gilde." Den 21 April 1648 betuigt adriaan spirynk syne groote genegentheyd tot het gebruik des II. A. 1. Uitdrukking overgenomen uit I Corinth. 10 21, waar de Apostel faulüs de Corinthische gemeente berispt over het deelnemen aan de heidensche offermaaltijdenen het on bestaanbare aantoont, om den eenen dag aan de tafel des Heeren en den anderen dag met afgodendienaars aan te zit ten aan de tafel der afgoden. "Wanneer dit nu toegepast wordt op de maaltijden van het St. Jacobs gilde, door den kerkeraad liefderijk verwisseld met de tafel der duivelen blijkt daaruitdunkt mij duidelijk der kerkelijlcen mee ning dat de maaltijden der St. Jacobs broeders afgodisch waren en van een Roomsclien oorsprong en strekking want paapsch en afgodisch waren in die tijden bij de her vormden synonieme woorden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 262