CHARTER VAN DIRK BISSCHOP VAN VERDUNBETREKKELIJK
DE KERK TE SOUBURG, VAN HET JAAR 1250.
Bij de Goddelijke goedheidDirk, Bisschop van Verdun
van de orde der minderbroederskrachtens Pausselijk ge
zag, provisor in het geestelijke der diocese van Utrecht.
Allendie de tegenwoordige zullen zien eeuwig heil in den
lieere.
Aan allen zoo tegenwoordigen als toekomenden zij bekend
dat daar Petrus Willemszoon van Subburg wensclite eene
nieuwe kerk te stichten binnen de grenzen derzelve parochie,
en hij van ons verzocht heeft dezelve te wijdenwijletten
de op hetgeen de Bisschoppelijke bediening omtrent soort
gelijke (zaken) behoort uit te oefenen zonder prejudicie
en nadeel der moederkerkin zijn verzoek hebben bewilligd,
door de gezegde kerk te wijden. Weshalve door onze be
middelende schikking (en die) van den Eerwaardigen man den
Abt van Middelburg, van Dirk, Deken van Walcheren, en
Willem, priester van Subburg, genoemde P(etrus) uit zij
nen zuiveren wil en toestemming tot vergoeding der verlie
zen welke de priesterlijke prebende en do kerk zelve mogten
hebben geleden, veertig schellingen grooten vlaamsch van
wettige en gemeene munt voor den priesteren tien schel
lingen voor de kerk, telken jare in drie termijnen heeft
aangewezen, welke door den priester der nieuwe kerk zul
len worden ontvangen. Te weten: op St. Jan Baptist het
eerste gedeelteop St. Maarten hot tweede en halfvasten
het derde. Zoo dat genoemd geld des avonds voor Paschen
geheel moet zijn voldaan. Bij gebreke waarvan de priester
der nieuwe kerk wetedat hij daardoor voor zijne eigene na-
ii. 17.