294
genoeg hebben onderzocht. Eene eeuw later vindt
men in de stads notulen volgens het aangehaalde
stuk in de Zierikzeesche courant van 15 augustus
1849, aangeteekend, dat de ongunstige staat der
stedelijke financien niet gedoogde, eenige kosten
voor zoodanige feestviering te besteden. Die reden
was zeker gewigtig genoegdoch hare aanhaling
bewijstdat men ook toen den historisch en grond
onomgewoeld heeft gelaten. De demonstratie van
1649 bewijst voor de toenmalige overtuiging mis
schien iets meer, omdat zij plaats had vijfjaren
nadat boxhoen, die destijds nog leefde, in zijne
onschatbare uitgave van de Reigersbergsche kronijk
met die oude versjes op francyn zoo onbarmhartig
den draak gestoken had. En dit niet ten onregte:
hij heeft nog niet alles gezegd wat er tegen hare
echtheid in te brengen valt. Of men onzer vrou-
wen hemelvaart" in de helft der negende eeuw
begonste te houwen", is voor 't minst twijfelach
tig. Maar zeker is het dat toen in Brabant geen
Hertoch heneick" te vinden was. De eerste van
dien naam regeerde er eerst in 1015 en 1016 en het
gansche hertogdom Brabant is van lateren oorsprong.
Slechts het keizerschap van lothaeius en de zon
dagsletter F komen uit. Indien men dus uit de
oude chronijken" geen nader bewijs weet bij te