306 floris iv aan haar zegel kwameen missen ge weest is. Zijne aanwijzing van die oorzaak maakt de zaak ganscli duidelijk. Ik laat zijne eigene woor den volgen Het aangewezen charter (bij v. mie ris 1208) is ten dezen beslissende. Graaf floris nam in erfpachtque Ecclesia de Roden ibidem (sc. in Scakerlo) habere dignoscitur contra Canoni- cos eiusdem Ecclesiae." De vraag kan dus alleen zijn naar de Ecclesia de Roden. De naam Rode komt voor in de nabijheid van Schakerlo en leeft nog in den Rode of jSootafó-polder. Maar van eene kapittelkerk aldaar is schijn noch schaduw. Te Ro den (of Aardenburg) was er wel eenemaar zij komt nimmer voor op die wijze, en had ook in dien hoek noch betrekkingen noch bezittingen. Er blijft alzoo wel niet veel anders overig behalve de Ecclesia Ro- densis, in de 13de eeuw onder dien naam bekend, en wel met een kapitteldat capitulum Rodense werd geheeten. Dit gevoelen verkrijgt te meerder klem als men ontdektdat deze Ecclesia Rodensis almede den naam draagt van: Ecclesia B. Odae de Rode. „Bij dein erfpachtneming, waarvan hier sprake is, gold het dan de belangen van de kapittelkerk te Sint-Oedenrode. Graaf floris iv had hier iets te belovenen kwam daarbij aan den geest zijner eeuw zooveel mogelijk te gemoete. Hij beloofde namelijk

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 324