315
naauwelijks twijfel. En zonder hier in de latere let
terkundige geschiedenis van het voorval tc treden 1
dat ook in Nehalennia minder de plaats zou zijn
is het hier wel de plaats om twee vragen te beant
woorden.
De eerste is in Nehalennia D. I. bladz. 269 door
mij gedaan. Reigersbergii heeft in zijne eerste
uitgave, Antw. 1551 het verhaal niet. Maar in
de 2de uitgave, Middelb. 1634, heeft waarschijnlijk
johan de brune die dezen druk bezorgde het als
Bijvoegsel ingevoegden zoo is het ook in de uit
gave van boxhorn overgenomen." (Mr. d. w.)
De andere vraag betreft de plaats waaren
den persoon aan wien de bedoelde regtspleging
zou hebben plaats gehad. Pontus heuterus geeft
te kennen, dat het tooneel in Zeeland zou zijn. De
haes in zijne vertaling der Mémoires van comines
(V 9.) uit pabert Hist, des Dues de Bourgogne
(II 402noemt bepaald Vlissingen en den misdadi
ger den stadvoogd. De schrijver van het bijvoegsel
bij reigersbergh (boxh. II 282) noemt de plaats
der regtspleging nietmaar laat de vrouw totten
Hertoghe trecken" en zegtdat de schenner en
1. Zelfs heeft nog onlangs alex. Dumas hot verhaal we
der opgewarmd in: Un manage sur Vcchefaudvertaald in
de Tijd 1849, 12 Afl. (Mr. s. D. w.)