73 de openbare godsdienst nog niet in die orde was in welke dezelve vervolgens gebragt is. In latere bedijkingen vóór de reformatie vindt men dan eens een meerder, dan een minder getal gemeten tot on derhoud voor de kerk bedongendan deze zijnzoo ik mij niet bedrieg, vervolgens met de andere soor ten van vroonen verward geworden. Maar in de be dijkingen na de reformatie gedaan, is altijd het hon derdste gemet aan de kerk afgestaan en onder de administratie van den rentmeester der geestelijke goederen gebragtof wel door de heeren Staten van Zeeland aan de polderstegen betaling van eene eeuwigdurende erfcijns overgelaten. b. Ambachtsheeren-vroonen ook wel eens dijkers- vroonen genoemd zijn behalven 1De gemeten welke voor dorpsgronden de klei nere verspreide partijendie ter opbouwing van wonin gen in alle ambachten gereserveerd gebleven zijn. 2. Eigenlijk dat vrij groot aantal van gemeten welke de ambachtsheerenals eigenaars van de schorrenvrij van alle ambachts- en polderlasten bij de indijkingen voor zich bedongen hebben. In de oudste dijkagien van Zeeland vindt men zelden 1 laatstgemeld groot aantal vroonen om re- 1. Zelden. Tot nog toe zijn xnij maar weinig voorbeel den voorgekomenals de 100 gemeten in Popkensburgwel-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1850 | | pagina 85