resultaten simultaantelling oktober 1990 Op zondag 21 oktober 1990 vond een in het kader van de avifauna georganiseerde simultaantelling plaats op Walcheren. Op 8 posten (zie figuur 1) werden van 07.15 tot 09.45 uur per kwartier de overtrekkende vogels geregistreerd, waarbij zo nauwkeurig mogelijk de trekrichting werd genoteerd. De tellers zullen zich deze dag met name herinneren door de ijzige oostenwind, waardoor 2,5 uur tellen een ware beproeving was. De resultaten zijn echter erg interessant en volgend jaar zal getracht worden een reeks simultaantel1ingen te organiseren, zowel in voor als najaar. In dit artikel probeer ik voor een aantal soorten een beeld te schetsen over Walcheren verloopt. De tellingen lenen meerdere doeleinden. Overzicht telposten van hoe de trek zich echter voor Allereerst wil ik de ligging van de telposten kort bespreken: 1) Veerse Dam: De telpost bevond zich ter hoogte van "Fort Den Haeck" Hierdoor kunnen over zee en over het Veerse Meer vliegende soorten zijn gemist. Vanaf "Hoogduin" was het uitzicht over land en zee goed. Door de breedte van het bos werden mogelijk zangvogels gemist. Telpost op hoge duintop bij "Het Zuiderhoofd" Uitzicht over zee en land goed. Kruising Baaiweg/ Houtenburgweg, midden in de polder Wegen met circa 3 meter hoge wegbermbegroei ing. Uitzicht goed. 5) ZandvoortsewegMidden in weidelandschap. Wegbermbeplanting ontbreekt hier. Telpost in tuin langs de Vroonweg op circa 300 meter van de duinen. Over de duinen vliegende zangvogels waarschijnlijk grotendeels gemist. Telpost gelegen achter het Nollebos te Vlissingen. Goed zicht over zee en land. 8) Zeedijk Ritthem: Goed uitzicht over zowel land als Schelde. Te11ersJos Tramper (1), Jan Hengst (2), Gido Davidse (3), Jaco. Walhout (4), Arjen van Gilst (5), Jan Willemse (6), Sander Lili- paly (7) en Fred Twisk (8) Telervaring en soortenkennis zijn mogelijk van invloed geweest op de aantallen vastgestelde vogelsoorten. 2Domburg 3) Westkapelle: 4) Meliskerke: 6) Valkenisse: 7) Nolledijk: 23 Soortbesprekinq Aalscholver: (n=523)99% van de Aalscholvers werd op de aan de kust gelegen posten genoteerd (figuur 2). De aantallen per post aan de zuidwestkust ontlopen elkaar niet veel. 12 vogels werden binnen hetzelfde kwartier gezien te Domburg en te Westkapelle. De meeste vogels bij de Veerse Dam werden in het laatste kwartier gezien en zullen zodoende niet meer op andere telposten gezien kunnen zijn. Bij Ritthem passeerden de meeste Aalscholvers (240 waarvan 155 tussen 9.00 en 9.15 uur). Aalscholvers trokken hoofd zakelijk in groepsverband. Kievit(n=1081). Figuur 3 schetst een interessant beeld; de noordwestkust van Walcheren wordt gemeden, terwijl met name de meer landinwaarts gelegen posten alsmede de telpost te Ritthem hoog scoren. De vrij lage aantallen te Vlissingen duiden erop dat het merendeel van de Kievitten reeds ten noorden van Vlissingen oversteekt naar Vlaanderen. Kokmeeuw:(n=771)Deze soort werd op slechts 4 telposten geteld (figuur 4). De aantallen per telpost komen ver overeen. Ook bij deze soort blijkt dat de trek zich voor een groot deel boven land afspeelt Houtduif(n=296)Op veel posten, m.u.v. de noordelijke, werden groepen Houtduiven waargenomen. Figuur 5 geeft geen duidelijke trekrichting aan wat suggereert dat de waargenomen Houtduiven vogels zijn die zich van hun slaapplaats naar hun voedselgebieden begeven. 79% van de waargenomen Houtduiven werd in de eerste helft van de telling waargenomen, wat deze suggestie ondersteunt. Veldleeuwerik: (n=1485)Enige weken voor de simultaantelling registreerden Arjen en Sander veel overtrekkende Veldleeuwerikken over de Zandvoortseweg op Midden Walcheren. Figuur 6 ondersteunt de gedachte dat het gros van de Veldleeuwerikken dwars over Walcheren trekt. Met maar liefst 573 ex. steekt de telpost Zand voortseweg met kop en schouders boven de andere uit. Ook bij deze soort blijkt dat de grote aantallen van Noord- en midden-Wa1cheren Vlissingen niet bereiken, wat aangeeft dat de vogels reeds noorde lijker de oversteek wagen. Tijdens een telling op 14 oktober op de Nolledijk bleek 75% van de circa 400 waargenomen Veldleeuweri kken rechtstreeks in zuidelijke tot zuidwestelijke richting haaks op de kust) te vliegen. Tijdens de simultaantelling was dat op dezelfde post slechts 14%. Opmerkelijk is dat te Ritthem 31 van de vogels in oostelijke richting vloog. Mogelijk zijn dit vogels die niet trekken, of exemplaren die de oversteek niet aandurven Graspieper(n=223)Hoewel de hoofdmacht van deze soort begin oktober ons landje reeds passeerde kan uit de waargenomen aantal len toch nog gedistilleerd worden dat de meeste Graspiepers de kustlijn volgen i.t.t. bovengenoemde soort. Vanwaar dit verschil? Mogelijk heeft dit te maken met de vlieghoogte; Veldleeuwerikken vlogen aanmerkelijk hoger als Graspiepers. Evenals bij bovenge noemde soort is er weinig eensgezindheid bij de vogels te Ritthem (zie figuur 7) Zanglijster Koperwiek: (n=845) Deze voor veel tellers moeilijk uit elkaar te houden soorten (althans in vlucht) zijn gecombineerd in figuur 8 en zijn een mooi voorbeeld van gestuwde trek langs de Walcherse zuidwestkust. De lage aantallen bij Domburg en Westka pel le zijn mogelijk te verklaren door de feiten dat de groenstrook (bos) bij beide telposten breed is en dat beide sooren bij voor keur laag over de bomen vliegen. Hierdoor kunnen veel vogels 24 f

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 1991 | | pagina 17