OPNIEUW HYBRIDE TAFEL- X KUIFEEND IN VEERSE KREKEN Op 6 maart besloten Gert-Jan Bos en ik de Veerse Kreken eens grondig op Toppers af te speuren. In de kreken zelf zaten circa 100 Kuifeenden en helaas geen Toppers. We vervolgden onze tocht richting Veere, waar we verrast werden met circa 175 Kuifeenden in de gracht nabij de Veerse molen. Heel even meende ik een Topper te zien, maar het bleek een Kuifeend te sijn met een brede witte kol. Ook merkten we een grijsgekleurde Aythya-eend op die we al snel als hybride d" Tafel- x Kuifeend determineerden. Het is zeer waarschijnlijk hetzelfde exemplaar wat hier in 1992 verbleef (zie 't Zwelmpje 6:2). Als dit zo is betekend dit dat ook hybriden hun vaste overwinteringsplek hebben. Koen Kuypers, de Wolfstraat 1, Grijpskerke. (p.s. Deze vogel werd ook reeds in november 1992 waargenomen in de Veerse Kreek (Jaco)Tot maart is de vogel niet waarge nomen) INVENTARISATIE SPOTVOGEL EN GRAUWE VLIEGENVANGER 1992. Zoals in het vorige nummer vermeld zijn een aantal broedgeval- len niet verwerkt in mijn artikel in 't Zwelmpje 7:4, blz 25 t/m 29. Op de volgende bladzijde vindt u de herziene kaartjes van beide soorten. Het aantal gevonden territoria van de Spotvogel is nu 120 (i.p.v 111). 108 van deze gevallen hadden betrekking op zingende vogels. Rekening houdend met maximaal 25 gemistte territoria broeden op Walcheren 120 tot 150 paar Spotvogels. Het aantal gevonden territoria van de Grauwe Vliegenvanger is 55 (i.p.v. 50). Hierbij waren 27 waarnemingen van zingende vogels en 28 waarnemingen van ouders met jongen of ouders met voedsel. Veel broedgevallen in de duinstrook zijn echter gemist; uit inventarisaties door de PPD in 1983 en 1984 blijkt dat er in de Walcherse kuststrook 27 - 41 paar broedden, terwijl nu slechts 14 territoria werden opgemerkt. Ook op buitenplaatsen werden in 1983 en 1984 veel territoria gevonden (10 - 14) tegen slechts 4 in 1992. Veel territoria werden in 1992 vastgesteld op het platte van Walcheren. Dit deel van Walcheren is door de PPD slechts steekproefgewijs geïnventariseerd. Het is niet waarschijnlijk dat de soort in de kuststrook en op de buitenplaatsen in aantal is afgenomen. In combinatie met de gegevens van 1992 lijkt een schatting van circa 75 tot 100 paar (hetgeen iets hoger is dan de 60 - 90 paar van de PPD) dan ook op zijn plaats. Peter Meininger wordt hierbij alsnog bedankt voor zijn mede werking Jaco Walhout, Verwerijstraat 25, 4331 TA Middelburg 10 Spotvogel (n= 110) zingende vogel Ojongen nest Grauwe Vliegenvanger (n- 55) - zingende vogel O - jongen nest

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 1993 | | pagina 7