AMERIKAANSE KLEINE GOUDPLEVIER Lekker scherp teruggekomen van de vakantie, lette ik goed op een mooie akker, nog bijna kaal met opkomende bietenplantjes en een aantrekkelijk plasje, op de hoek van de Zandvoortweg en de Osseribergweg. Op 24 mei waren hier 's ochtends om half acht 3 Bontbekplevieren en 3 Bonte Strandlopers aanwezig. Toen ik om 17.30 uur hier weer langs kwam van mijn werk, speurde ik deze akker nog eens af. Terwijl ik door de verrekijker naar 2 Zilver plevieren keek, vloog daar achter langs opeens een bruine vogel met slanke vleugels door mijn beeld. Deze maakte een voor mij onbekend, ruiterachtig geluid. De vogel landde op het bekende Goudplevieren-akkertje (6000 op 26 oktober 1993) op de hoek van de Zandvoortweg en de Noorddorpsweg. Ik sprintte erheen (per ligfiets). Hee, het is een Goudplevier, maar wel een vreemde. De vogel vloog terug, ik keek nog even, sprintte naar huis om de telescoop en jawel hoor: een Amerikaanse Kleine Goudplevier. Toegesnelde vogelaars konden de vogel dezelfde avond nog bewonderen. De volgende ochtend zagen een paar vogelaars de vogel om 06.30 uur vertrekken in noordelijke richting, in gezelschap van enkele Goud- en Zilverplevieren. Om 17.00 uur echter bleek de vogel toch weer gewoon op de akker te foera- geren. Op 26 mei heb ik de vogel 's ochtends nog cm 07.30 uur gezien, Pim was de laatste die hem om 09.00 uur zag. Die middag en avond wachtten een aantal vogelaars voor niets in de regen. P.S. Tijdens deze dagen werden 3, mogelijk 4, Kwartels roepend (in de regen) gehoord in het tegenoverliggende hooiland. Beknopte beschrijving (met dank aan Pim, Jaco en Rob)Slanke plevier, opvallend kleiner dan Zilverplevier. Zwarte onderdelen in contrast met opvallende witte wenkbrauw uitlopend in een druppelvormige witte vlek op de zijborst (zgn "boa"). Geen witte flank. De rug maakte een donkere indruk, veroorzaakt door de aanwezigheid van zwarte vlekjes in het geme- leerd goudbruin. Boven de snavelbasis een smal zwart bandje. Het zwart van de onderzijde liep door tot voorbij de poten, onderstaart echter wit met zwarte vlekken (dus nog niet volledig zomerkleed. Handpenprojectie groot (2-3 cm), korte tibia, lange tarsus. Veel van genoemde kenmerken sluiten Aziatische Kleine Goudplevier uit (handpenprojectie, geen wit op flank, witte boa, donkere bovendelen)Dit geval betreft de 4e waarneming voor Nederland (na een vondst in 1900 en 2 waarnemingen in 1989, alle in het najaar) Jan Goedbloed, Jacob Catsweg 6, Grijpskerke. ILLUSTRATIES De tekeningen in dit nummer zijn gemaakt door Jan Goedbloed (Kleine Trap blz. 7)Erik Sanders (Baardgrasmus blz. 17) en Jaco Walhout (Roodborstta- puit blz. 5. Slobeend blz. 11, Grutto blz. 13, Dodaars blz. 18, en Strand- plevier blz. 19). 3 EEN GREEP UIT HET ARCHIEF In mei 1986 werd besloten te starten met de archivering van zogeheten 'losse' waarnemingen. Naast de vastlegging van deze gegevens door vermel ding in de rubriek 'bijzondere waarnemingen' (later 'recente meldingen' geheten)bestond er behoefte aan een zodanige opslag, dat na verloop van tijd op eenvoudige wijze een overzicht verkregen zou kunnen worden van het voorkomen van de minder algemene soorten. Gekozen werd voor een kaartsysteem. Dezelfde gegevens werden daarnaast on dergebracht in een computerbestand. In samenhang met de werkzaamheden voor de avifauna werden eveneens gegevens uit de waarnemingenrubriek die jarenlang in de Composiet (KNNV) verscheen overgenomen. Inmiddels zitten er bijna 10.000 waarnemingen in het geautomatiseerde archief! Ik hoop hieronder duidelijk te maken, dat dit archief uitgegroeid is tot een interressante vraagbaak over de vogels van Walcheren. Twee vragen die gesteld kunnen worden over de algemene aard van de gege vens in het archief zijn: - Van welke delen van Walcheren zijn de gegevens afkomstig? - Hoe zijn de gegevens verdeeld over de tijd? Om met de eerste vraag te beginnen: uiteraard is bij elke waarneming vermeld waar die gedaan werd. Omdat het samenstellen van een kaart op basis van 10.000 waarnemingen zich nauwelijks leent voor handwerk, zijn we aangewezen op de mogelijkheden van het gebruikte computerprogrammaDie mogelijkheden worden weer beperkt door de wijze waarop de gegevens zijn opgeborgen: gelukkig wordt steeds vaker bij een waarneming vermeld in welk kilometerhok deze werd gedaan. De stippenkaarten bij dit verhaal zijn alle gebaseerd op uitsluitend die waarnemingen waarbij een kilometerhok vermeld werd. Figuur 1 laat zien dat de meeste waarnemingen afkomstig zijn van de Walcherse kust (van Rammekens tot Vrouwenpolder)van de Veerse Meerkust, Middelburg en de omgeving van Grijpskerke. De kaart laat duidelijk zien welke gebieden door vogelaars worden opgezocht: behalve de direkte woonom geving vooral de duin- en bosgebieden en de waterkant. De tweede vraag kan zowel slaan op de spreiding over de verschillende jaren als op de spreiding over het jaar. In figuur 2 is dat laatste weergegeven. Door gebruik van een (computer)tabel waarin het hele jaar is AANTAL WAARNEMINGEN PER DECADE JFMAMJJAtOND

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 1994 | | pagina 3